Huishoudwerk is dus alomtegenwoordig, maar vaak onzichtbaar. De achtergrond van huishoudwerkers, vrouwelijk, vaak jong en met een migratieachtergrond, maakt hen kwetsbaar. De werkplaats van huishoudwerkers, verscholen achter mooie façades, dreigt hen te isoleren. Dat leidt niet alleen tot een gebrek aan dagdagelijks respect, maar ook aan respect in de vorm van wettelijke bescherming.
Algemene Centrale ABVV, ABVV Horval en FOS gaan daarom voor meer respect voor huishoudwerkers wereldwijd en eisen
Van nationale overheden:
- Ratificatie en volledige implementatie van Conventie 189 en aanbeveling 201 van de IAO door de landen die dit nog niet gedaan hebben. Om de druk op te voeren is een collectieve inspanning nodig door landen die reeds geratificeerd en geïmplementeerd hebben.
- Een beter en leefbaar loon voor huishoudwerkers met toegang tot nationale sociale bescherming. Naast ratificatie van C189 is het belangrijk om bij de implementatie een wettelijk kader te creëren waarin een duidelijk en voldoende hoog landelijk minimumloon is voorzien waar huishoudwerkers toegang toe hebben. Daarnaast moet actief ingezet worden op formaliseren van arbeid van huishoudwerkers zodat ze kunnen terugvallen op goede arbeidsvoorwaarden en bijhorende nationale sociale voorzieningen.
- Erkenning, ondersteuning en toegang tot de sector voor vakbonden die huishoudwerkers organiseren met toegang tot sociale dialoog. Door de moeilijke bereikbaarheid en precaire situatie van huishoudwerkers is het moeilijk om zich te organiseren en collectieve loononderhandelingen te voeren.
- Erkenning van de rol van huishoudwerk in de zorgeconomie. De covid-19-crisis bewees dat wie zorgtaken op zich neemt van levensbelang is. Bij de discussie over hoe de zorgeconomie opgewaardeerd kan worden, mag men huishoudwerkers niet uit het oog verliezen.
Van de Belgische minister van Buitenlandse Zaken Wilmès:
- Oog voor ratificatie van conventie 189 bij bilaterale contacten. Het is belangrijk te blijven hameren op ratificatie, maar ook implementatie, zij het in veel landen nog dode letter.
Van de Belgische minister van Werk Dermagne en de regionale ministers van werk:
- De ratificering én implementatie van Conventie 190, tegen geweld en discriminatie op de werkvloer, en het opnemen van een Belgische voortrekkersrol via een beleidscoherente aanpak. De nadruk die deze conventie legt op gender, is voor onschatbare waarde voor de huishoudwerksector, die voornamelijk uit vrouwen bestaat.
- Het opwaarderen van de huishoudwerksector, door in te zetten op een aantrekkelijker en inclusiever dienstenchequesysteem. Met daarbij nadruk op betere loon- en arbeidsvoorwaarden voor huishoudwerkers.
- De verhoging van het Belgische minimum brutoloon in lijn met de Fight for 14-campagne van ABVV. Die verhoging zal immers direct effect hebben op huishoudwerkers en de Belgische genderloonkloof.
- Het daadwerkelijk toepassen en afdwingen van de wetgeving rond veiligheid en welzijn op de werkvloer voor de huishoudhulpen. Dit door inspecties bij de klanten thuis mogelijk te maken en ook echt uit te voeren en door het opstellen van een risico-analyse van elke werkvloer, bij elke klant.
Van de Belgische minister van Ontwikkelingssamenwerking Kitir en ambassades:
Om bij alle bilaterale contacten
- op te komen voor de ratificatie van Conventie 189
- te pleiten voor erkenning en ondersteuning van sociale organisaties en vakbonden die huishoudwerkers organiseren
- te pleiten voor een plaats voor huishoudwerkers in sociaal overleg