Hoe kijk je terug op de tijd bij ILRIG? Wat waren de hoogtepunten in je carrière?
“De twaalf jaar dat ik bij ILRIG werkte, gingen samen met grote politieke veranderingen in Zuid-Afrika. Het was een rollercoasterrit van inspiratie, verraad, neoliberale herstructurering en nu een nieuwe golf van sociale strijd.
In het begin, juist na de apartheid, was het duidelijk dat de progressieve krachten in ons land niet in staat waren om de onderhandelde compromissen en de neoliberale koers van de nieuwe regering aan te vechten. Het neoliberalisme triomfeerde. De socialistische beweging werd voor een moeilijke keuze gesteld. Moest de beweging de nieuwe democratische regering helpen en van binnenuit veranderingen aanbrengen aan het neoliberale project of moest het kiezen voor de oppositie? ILRIG koos ervoor om mee te werken aan een beweging van weerstand tegen de neoliberale orde, die zowel de regering, als de politieke partijen als de bredere civiele maatschappij omvat.
Sinds het bloedbad in Marikana, toen op 16 augustus 2012 de politie 34 stakende mijnwerkers neerschoot, is er een nieuwe vechtlust in de samenleving om de kapitalistische orde tegen te gaan. Ook al is er een nieuwe beweging van sociale strijd aan het opkomen, toch is het neoliberalisme nog dominant en blijft de privatisering verdergaan.
Ook internationaal zien we het: overal zijn mensen op zoek naar alternatieven voor het neoliberale kapitalisme, maar toch toont het systeem geen tekenen van verandering.”
Waarom ga je op dit cruciale moment op pensioen?
“Ik heb gemengde gevoelens over mijn vertrek. De timing is zeker niet ideaal. Als ik jonger was en mijn gezondheid beter dan zou ik waarschijnlijk blijven. Maar het is ook gepast dat jongere mensen het nu overnemen.”
Blijf je actief in de sociale beweging? Of heb je andere plannen voor je pensioen?
“Ik zal altijd een militant en activist blijven. Ten eerste wil ik actief blijven in de opkomende beweging van activisten die nieuwe manieren zoeken om de arbeidersklasse te organiseren. Daarnaast wil ik ook de intellectuele taak op mij nemen om te reflecteren over dat fenomeen. Ik wil de positieve en negatieve aspecten van de nieuwe vormen van organiseren onderzoeken. Het is belangrijk voor mij om na te gaan welke zaken uiteindelijk de arbeidersklasse zullen vooruithelpen.
De rest van mijn tijd wil ik graag toewijden aan mijn andere passies: jazz muziek, film en literatuur.”
Hoe heb je de samenwerking tussen ILRIG en FOS en de socialistische beweging in België ervaren?
“FOS is de oudste partner van ILRIG en heeft ons bijgestaan in de verschillende verschuivingen in ons werk die nodig waren door de veranderde sociale context. Dat is nooit een bron van conflict geweest. FOS heeft altijd de nood voor solidariteit benadrukt. Ook al hadden we soms een andere mening over de juiste aanpak, toch is er altijd ruimte geweest om te discussiëren en onze visie over te brengen.
Je zou denken dat er grote verschillen zijn tussen Zuid-Afrika en België, maar we hebben eigenlijk veel gelijkenissen. Ik heb de uitwisseling van ervaringen als heel interessant en leerrijk ervaren. België is een uniek land door de hoge concentratie van vakbonden en hun grootte, de verschillende talen die de vakbonden gebruiken, enzovoort. De Belgische vakbonden worden geconfronteerd met uitdagingen, zoals het organiseren van arbeiders met een migratieachtergrond en precaire arbeiders, net zoals onze vakbonden hiermee te maken krijgen. De socialistische beweging in België komt voor dezelfde keuze te staan: blijven we bij de oude compromissen in de hoop dat de dingen zich zullen herstellen of bouwen we iets nieuws op?
Een aantal jaar geleden bezocht ik België. Ik ontmoette er verschillende Belgische activisten en was geïnspireerd door hun werk. Uiteindelijk kent solidariteit geen grenzen.”