In Qatar zijn duizenden buitenlandse werknemers onderworpen aan nieuwe vormen van gedwongen arbeid en meerdere honderden arbeiders, vooral migranten, kwamen er de laatste jaren om het leven door een arbeidsongeval.
Maar daar blijft het niet bij; deze tekst beschermt en zet Belgische investeerders aan om stadia en hotels te bouwen voor het WK Voetbal 2022, zonder enige garantie voor de rechten van de werknemers. De Belgische investeerders in Qatar riskeren zich schuldig te maken aan hoogst onwaardige arbeidsomstandigheden. Onder goedkeurend oog van onze verkozenen.
Verschillende senatoren beloven een koerswijziging in de toekomst. Die moet nu worden waargemaakt.
De waarschuwingen aan het adres van onze senatoren kwamen echter uit alle hoeken.
De werkgevers ontnemen de arbeidsmigranten in Qatar hun paspoort om te vermijden dat ze de benen nemen. Het gaat om een nieuwe vorm van dwangarbeid. Veel statistisch materiaal is er niet, maar we weten dat tussen 2010 en 2012 zo’n 192 Nepalese arbeidsmigranten en 98 Indiërs zijn omgekomen, vooral door arbeidsongevallen en –ziekten. Er zijn meer dan een miljoen arbeidskrachten extra nodig om het WK Voetbal 2022 mogelijk te maken. Als hier binnenkort niets aan gedaan wordt, zal het aantal doden op de werkvloer hoger oplopen dan het aantal spelers in 2022. We hebben reeds samen gezeten met de regering en konden slechts besluiten dat er geen enkele spontane verandering in de lucht zit. Enkel met druk van buitenaf kan er iets gebeuren.
Dankzij de overeenkomsten die werden gesloten ter bescherming van de investeringen kunnen de privé-investeerders een land vervolgen dat maatregelen trof die schadelijk zijn voor die investering. Op die manier kan de investeerder miljoenen dollars opstrijken aan schade en intresten. Sinds 1990 hebben honderden investeerders gebruik en misbruik gemaakt van deze mogelijkheid. Zelfs Canada en de Verenigde Staten kregen bijna een proces aan hun been en hebben daardoor heel snel hun akkoorden gewijzigd ter bescherming van hun recht om wettelijke bepalingen af te kondigen. België blijft akkoorden tekenen die nog gebaseerd zijn op een model van 1959. Later werden sociale en milieuclausules toegevoegd, maar die zijn zwak en kunnen geen concrete impact hebben aangezien geen enkel mechanisme van uitvoering is voorzien.
De staten die dit soort akkoorden sluiten, staan een deel van hun soevereiniteit af aan buitenlandse privé-investeerders. De investeerders genieten bescherming en moeten geen enkele bijkomende verplichting naleven. Bijvoorbeeld: de internationale arbeidsnormen kunnen ze gewoonweg naast zich neerleggen. Een groot aantal landen, zoals Australië, India, Korea, Brazilië, ontvangen en exporteren veel investeringen. Toch functioneren ze volgens een heel ander model dan het onze. Een verandering is dringend nodig.
Ondanks alles werd dit verdrag met Qatar en met vier andere landen door de Senaat zonder tegenstem goedgekeurd. Enkel Ecolo-Groen onthield zich. Als troostprijs – zonder dat die ook maar iets opbrengt voor de uitgebuite werknemers in Qatar – hebben meerdere senatoren zich ertoe verbonden om een ander en beter beleid uit te stippelen in de toekomst.
Ik was indertijd voorstander van de invoer van sociale en milieuclausules. […] En ik sta ervoor open dat men evalueert in welke domeinen we nieuwe elementen kunnen toevoegen aan de toekomstige verdragen.
We moeten blijven werken op drie aanbevelingen voor de toekomst: zo snel mogelijk geïnformeerd worden over het opstarten van onderhandelingen over nieuwe akkoorden en een democratisch debat kunnen voeren over de akkoorden vóór hun stilzwijgende verlenging 10 jaar na de ondertekening, ervoor zorgen dat de sociale en milieuclausules worden nageleefd en hun doeltreffendheid evalueren, het recht om te reguleren, vrijwaren.
De Belgische coalitie voor waardig werk, samengesteld uit de drie vakbonden en ontwikkelings-ngo’s, betreurt het ten zeerste dat dit verdrag tot stand kwam en neemt akte van de gewijzigde koers die de senatoren in het vooruitzicht stellen. We zullen nauwlettend nagaan of de engagementen verwezenlijkt worden. In de Kamer van volksvertegenwoordigers, die zich de komende weken zal moeten uitspreken, moeten diezelfde engagementen bevestigd worden.
De coalitie zal de publieke opinie in België blijven informeren over de situatie van de werknemers in de derde landen die bij deze investeringsakkoorden betrokken zijn (en dan vooral in Qatar). Ze wil aandacht voor de extreme risico’s die de werknemers er lopen. Ze pleit daarom voor betere werkomstandigheden in deze landen: de beste bescherming voor de waardigheid van onze jobs in België!
Contact
- Els Hertogen, 11.11.11, +32 2 536 11 28
- Gijs Justaert, Wereldsolidariteit, +32 497 36 45 17
- Annuschka Vandewalle, fos-socialistische solidariteit, +32 2 552 03 01
- Renaat Hanssens, ACV-CSC, +32 494 98 28 10
- Martine Vandevenne, ABVV-FGTB, +32 (0)2 506 82 41
- Nilüfer Polat, CGSLB-ACLVB, +32 2 558 53 10