Cuba verandert: vakbond pleit voor stukloon

“In de bouwsector ijveren we voor stukloon, zodat het loon afhangt van individuele prestaties,” aldus Carlos De Dios, algemeen secretaris van het bouwvakkerssyndicaat SNTC, partner van fos en de Algemene Centrale. Wablief, is stukloon eerlijk en solidair? Wel als de arbeiders eigenaars blijven van de bedrijven. Maar heel wat werknemers zijn al als zelfstandige arbeiders aan de slag gegaan. En ook voor zij die in loondienst blijven, verandert er heel wat. Hoe pakt de vakbond dit aan? Een gesprek.

LocatieCuba
CategorieNieuws

Cuba heeft nog nooit zo grondig aan zijn sociaal-economisch model gesleuteld als nu. Het land wil zijn economische groei versnellen om zo de sociale verworvenheden van de revolutie te vrijwaren: onderwijs en gezondheid voor iedereen. In plaats van goederen en diensten te subsidiëren voor iedereen, gaat men personen subsidiëren die er werkelijk nood aan hebben. De arbeidsmarkt wordt structureel hervormd en privé-initiatief wordt mogelijk gemaakt.
Hoe verloopt het proces van arbeidsherschikking in de bouwsector? We vroegen het aan Carlos De Dios, de dynamische algemene secretaris van de bouwvakkersvakbond SNTC, partner van fos en de Algemene Centrale van het ABVV.

Wat verandert er voor jullie?
“Door middel van sociale wetten op nationaal niveau heeft de revolutie vanuit haar centrale instanties steeds zorg gedragen voor de arbeiders. Nu is er meer aandacht voor de efficiëntie op de werkvloer, zodat de sociale verworvenheden gevrijwaard kunnen worden en het systeem houdbaar blijft. Deze decentralisatie laat bedrijven toe zelf te bepalen hoe ze een deel van hun winst investeren. Vroeger werden heel wat middelen vanuit de centrale diensten van het ministerie toegewezen. Nu moet het bedrijf gebruik maken van haar financiële planning en contracten met bijvoorbeeld toeleverings- en commercialiseringsbedrijven voor de uitvoering ervan. Een van deze contracten zijn de collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s) die intern met de arbeiders worden afgesloten.
Het correct gebruik van deze CAO’s is een belangrijk aandachtspunt voor ons. De CAO’s moeten een centralere rol krijgen in de bescherming van de rechten en het bepalen van de plichten van de werknemers. In de CAO moeten bepalingen opgenomen worden over de werktuigen, veiligheid en gezondheid op het werk, de werkomstandigheden, de productiviteitsnormen en daaruit voortvloeiend de loonsystemen. Die zijn evenwel in de eerste plaats een middel om de effciëntie en effectiviteit te verhogen: hoe hoger de efficiëntie, hoe meer de verloning kan toenemen. De loonsystemen hebben dus een dubbele functie. We moeten ook niet vergeten dat de loonsystemen niet vastliggen, ze moeten afgestemd worden op de situatie van elk bedrijf, de specifieke arbeidspost en de economische situatie van het ogenblik. In de bouw ijveren we als vakbond voor de toepassing van stukloon als loonsysteem, zodat het loon in hoge mate afhangt van de individuele prestatie. Twee jaar geleden zaten we aan 40% van de arbeiders die per stukloon werden betaald, nu is het 62%. En dit dankzij de hulp van het project voor de bijscholing van 1000 syndicale vormingswerkers, de vorming van onze basisleiders over dit thema, het didactisch materiaal dat we verspreid hebben onder de arbeiders en de leslokalen die we vernieuwd hebben.”

Hoe worden productiviteitsnormen aan de lonen gekoppeld?
“Van de 313 beleidslijnen zijn er 5 die zich specifiek op de bouwsector richten. Een ervan bepaalt dat de prijzen in de bouwsector moeten geactualiseerd worden. Eens de nieuwe prijzen vastliggen, moeten we ook de productiviteitsnormen aanpassen. Dit gebeurt op niveau van het ministerie van de bouw waar nationaal ongeveer over 4.000 normen vastliggen. De algemene tendens is een verhoging van de normen. Momenteel zijn onze normen niet optimaal wegens de verouderde technologie en de lage opleidingsgraad van onze arbeiders om de nieuwe technologieën efficiënt te gebruiken. De normen worden op drie niveaus bepaald. Er zijn de sectornormen op niveau van het ministerie, de vaknormen en de bedrijfsnormen. In het bedrijf wordt een expertencomité samengesteld waar arbeiders deel van uitmaken. Op basis van zijn studie stelt de bedrijfsadministratie de normen voor die dan aan de algemene vergadering van de arbeiders ter analyse voorgelegd worden. Eens we over de normen met de bedrijfsleiding tot een akkoord komen, worden deze in de CAO opgenomen. Als vakbond moeten we er binnen ons socialistisch systeem over waken dat de normen rekening houden met de individuele situatie van de arbeider maar ook met het collectieve belang. We zoeken de gulden middenweg.”

Zijn deze normen ook van toepassing voor de arbeiders die voor eigen rekening werken?
“In zekere mate wel omdat de nationale normen een referentie zijn bij de berekening van de kostprijs van een bouwwerk. Maar in het algemeen komt men een totale prijs en de duur overeen. Als het bouwwerk voortijdig klaar is, wint de zelfstandige arbeider natuurlijk omdat hij sneller met een nieuwe opdracht kan starten. Nu werken staatsbedrijven niet enkel met zelfstandige arbeiders. Ook met privé-ondernemers mogen ze een contract aangaan. Maar als vakbond hebben we meer interesse in het systeem van de bouwcoöperatieven. Zoals je merkt zullen er in de nabije toekomst complexere werkrelaties totstandkomen. Daarom moeten we bestuderen welk soort CAO het best bij welke beheersvorm past. Als vakbond moeten we permanent de CAO’s aanpassen in functie van de noden en belangen van onze arbeiders. Momenteel is er nieuwe arbeidswetgeving in de maak zodat ook de regelgeving voor de CAO zal wijzigen. Zoals bij vorige fundamentele veranderingen zal ook nu het wetsvoorstel in alle bedrijven door de arbeiders geanalyseerd en geamendeerd worden. Het definitieve wetsvoorstel zal waarschijnlijk tegen het einde van het jaar klaar zijn.”

Het verhogen van de productiviteit hangt samen met de arbeidsherschikking, hoe loopt die in de bouwsector?
“Het is geen geheim dat in geval van een overtollige personeelsbezetting de productiviteit laag is. De politiek van volledige tewerkstelling was daarom moeilijk houdbaar. Maar het gaat hem niet enkel om het ontslaan van arbeiders. Het is een complexer proces. De productiviteit stijgt ook wegens de toename van de persoonlijke productiviteit van de arbeiders, de hogere motivatie door de betere werkomstandigheden, de verbetering van de kwaliteit van de productie, enz. In ieder geval kunnen we niet ontkennen dat de arbeidsherschikking een impact op de arbeiders heeft gehad. Het is de rol van de vakbond om deze impact te temperen. Ten eerste door erover te waken dat de spelregels en principes gerespecteerd worden zodat de arbeiders geen onrecht wordt aangedaan en werkelijk de meest geschikte arbeiders behouden worden zonder enige discriminatie wegens geslacht, huidskleur, leeftijd, religie, enz. Ten tweede door het invullen van de opvolging die de overtollige arbeiders toegezegd wordt, waaronder het aanbieden van een alternatieve arbeidsplaats. In de bouw ging meer dan de helft terug in de sector aan de slag. We zorgen ook voor de begeleiding van de arbeider bij het zoeken naar een nieuwe job. Zodra er een post in de bouw vrijkomt, laten we het hen weten: zij hebben voorrang. We trachten hen ook te overtuigen bij onze vakbond aangesloten te blijven en we begeleiden de arbeiders die als zelfstandige in de sector beginnen te werken. We hebben vandaag immers meer dan 4.000 arbeidsplaatsen die niet ingevuld zijn. Daarom bieden we aan het overtollige administratieve personeel de mogelijkheid zich te herscholen voor functies die direct aan de productie verbonden zijn. De bouw door privé-personen en de productie van bouwmaterialen door zelfstandigen, die nu door de overheid gestimuleerd worden, zijn bijkomende bronnen van nieuwe arbeidsmogelijkheden voor zelfstandige arbeiders en coöperatieven.
Een bijkomende taak van de vakbonden is de controle verstrengen op de financiën en op de uitvoering van de contracten door de bedrijfsadministratie die nu meer autonomie heeft tegenover de overheid. In Cuba blijven de arbeiders de eigenaars van de productiemiddelen. We moeten er dus over waken dat er geen misbruik is van de nieuwe faciliteiten die de bedrijven werden toegewezen en die de inkomens van de arbeiders moeten verhogen. De arbeiders zijn zich ervan bewust dat de economische veranderingen noodzakelijk zijn om de situatie van het land en het levensniveau van de bevolking te verbeteren. Tegenover de verhoogde autonomie staat wel dat de bedrijven op gebied van hun productie winstgevend moeten zijn. De beschermingsmiddelen voor de arbeider, hun vorming en bijscholing, de werking van het ministerie blijven echter door de staat gefinancierd.”

Carlos nodigt ons ook nog uit om deel te nemen aan de komende 1-meiviering en de aansluitende vergadering van de Latijns-Amerikaanse vakbonden van de bouw Flemacon, die zij organiseren. Tenslotte wenst hij de Belgische collega´s van de Algemene Centrale succes toe bij de komende sociale verkiezingen.