Extreem geweld en extreme armoede
De explosie van geweld tegen Afrikaanse migranten die zich sinds 10 mei zeer snel naar verschillende townships in Zuid Afrika verspreidde, werd niet alleen gekenmerkt door extreme wreedheid maar ook door de jonge leeftijd van diegenen die aan de geweldadigheden deelnamen.
De gebieden waar het geweld plaatsvond waren over het algemeen informele nederzettingen geteisterd door extreme armoede, uitzichtloosheid en frustratie over het gebrek aan overheidsinterventies om de situatie te verbeteren. Dit zijn juist de gebieden waar ook Afrikaanse immigranten zich vestigen. Degenen die deelnamen aan de gewelddadigheden beweren dat zij niet aan werk en basisvoorzieningen geraken, en dus geen kans hebben hun levenssituatie te verbeteren, door de concurrentie met het groeiende aantal immigranten. Met name jongeren voelen dat hun toekomst uitzichtloos is en dat zij niets te verliezen hebben.
Economisch beleid
Het is duidelijk dat het economisch beleid van de huidige overheid aan de basis ligt van de recente ontwikkelingen. Dat beleid heeft immers geen verandering gebracht in de gebrekige toegang tot basisvoorzieningen voor grote groepen armen en heeft evenmin geleid tot groeiende arbeidsmogelijkheden voor deze groep. Armoede en werkloosheid zijn problemen die gemeenschappelijk zijn met grote groepen mensen elders in Afrika. Deze problemen zijn het resultaat van een neoliberaal macro-economisch beleid dat de meeste Afrikaanse overheden voeren. Het resultaat is dat groepen armen tegenover elkaar komen te staan in hun strijd voor overleving.
Verborgen hand
De overheid van Zuid Afrika heeft geen enkele poging ondernomen om een alternatief voor dit macro-economisch systeem te formuleren om zo aan haar belofte van “een beter leven voor allen” na de val van apartheid tegemoet te komen. Ook was de Zuid-Afrikaanse overheid extreem traag in haar reactie op de huidige crisis. In eerste instantie werden allerlei theorieën naar voor geschoven over een ‘verborgen hand’ die het geweld bewust zou hebben aangewakkerd om zo de aandacht van het falend overheidsbeleid af te leiden. De overheid richt zich nog steeds op ‘quick fix’ oplossingen zonder te werken aan een langetermijnbenadering om de echte oorzaak van het geweld aan te pakken en zonder te erkennen dat de wanhopige omstandigheden waarin vele Zuid-Afrikanen zich vandaag de dag bevinden een direct resultaat zijn van het door haar gevoerde beleid en dat van andere Afrikaanse leiders.
Eenheid en samenwerking
De gewelddadigheden tegen immigranten vinden plaats in een tijd dat massa-organisaties van armen in Zuid Afrika zeer zwak zijn. Maar dezelfde gewelddadigheden hebben ook tot een zekere eenheid en samenwerking geleid tussen massaorganisaties, organisaties van migrantengemeenschappen en andere civiele groeperingen. De massademonstratie die plaatsvond in het centrum van Johannesburg op 24 mei in solidariteit met immigranten is hier een duidelijke uitdrukking van.
Coalitie tegen Vreemdelingenhaat breidt uit
Kort na aanvang van het geweld nam Khanya College, een partner van fos, het voortouw in het organiseren van een Coalitie tegen Xenophobie waaraan een zeer breed scala aan civiele groeperingen deelneemt. De massademonstratie die door de coalitie werd georganiseerd is het eerste initiatief van dit brede samenwerkingsverband dat zich vooral wil gaan richten op de versterking van gemeenschapsorganisaties die zich inzetten voor de bescherming van immigranten. Ook organisaties buiten Johannesburg zoals ILRIG, een partner van FOS in Kaapstad, hebben zich inmiddels bij de activiteiten en discussies binnen de coalitie aangesloten.
Economische gerechtigheid
Men hoopt uiteindelijk door nauwe samenwerking van alle betrokken groeperingen de capaciteit van gemeenschapsorganisaties in de gebieden waar het geweld plaatsvindt te vergroten, zodat deze organisaties hun eisen voor economische gerechtigheid naar de overheid met kracht kunnen stellen. Ook zullen deze organisaties worden ondersteund om het voortouw te kunnen nemen bij de creatie van veilige gebieden waarnaar immigranten kunnen terugkeren. Tekenen van solidariteit met immigranten in arme gemeenschappen zijn al te zien. De bewoners van Merafong hebben bijvoorbeeld verklaard dat ze bereid zijn immigranten te verdedigen en hebben immigranten uitgenodigd zich in hun gemeenschap te vestigen. Khanya College en andere coalitiepartners staan klaar om dit soort gemeenschapsinitiatieven te ondersteunen en om de discussie naar de eigenlijke oorzaken van het geweld onder de aandacht te blijven brengen.
Meer info: Khanya College