De socialistische republiek Cuba mag dan nog op de lijst van ontwikkelingslanden staan; in sommige domeinen kunnen ze ondanks de 50 jaar oude Amerikaanse boycot wedijveren met vele Westerse landen. Met onderwijs, geneeskunde en sport als belangrijkste speerpunten hebben Fidel en nu ook Raúl Castro ervoor gezorgd dat Cuba een alfabetiseringsgraad van 99,8% heeft; dat de kindersterfte daalde van 32 per 1000 levend geborenen in 1957 tot minder dan 6 per 1000 levend geborenen nu, en dat de gemiddelde levensverwachting is gestegen tot 78,3 jaar. De Cubanen hebben dus een hogere levensverwachting dan de Amerikanen. Je zou het niet verwachten wanneer je door de straten van Havana flaneert en talrijke Amerikaanse oldtimers ziet en vooral ook ruikt , maar in 2006 was Cuba het enige land ter wereld dat aan de WWF-definitie van duurzame ontwikkeling voldeed, met een ecologische voetafdruk van minder dan 1,8 hectare per hoofd van de bevolking!
Een Belgische delegatie bezocht samen met fos begin november 2012 de verwezenlijkingen van de Cubaanse revolutie in de gezondheidszorg. Via wijdverspreide wijkgezondheidscentra, waar op een zeer laagdrempelig niveau de eerstelijnsgeneeskunde beschikbaar is, genieten de Cubanen van in de wieg tot in het bejaardentehuis zowel van curatieve als preventieve zorg, die volledig gratis is! Hoewel er een groot tekort is aan medische voorzieningen (bv. hoogzwangere vrouwen liggen met 20 andere vrouwen in één grote ziekenhuiszaal zonder de minste privacy te wachten om te bevallen), is er geen tekort aan medisch personeel. Cuba heeft 1 arts per 198 inwoners ; een wereldrecord! In die wijkgezondheidscentra kunnen ze ook terecht voor allerlei socio-culturele activiteiten.
Door het Amerikaans embargo en de afhankelijkheid van eigen productie van geneesmiddelen heerst er soms een schaarste in de apotheken. Zo is het vaccin tegen baarmoederhalskanker niet verkrijgbaar in Cuba en zijn ze nog uitsluitend aangewezen op een screeningsprogramma om kankers op te sporen. Ook antivirale middelen voor HIV-patiënten zijn zeer moeilijk te verkrijgen.
Mariela Castro, dochter van de huidige president, startte via de CENESEX-centra voor seksuele opvoeding verschillende preventiecampagnes op, met sterke aandacht voor de holebi-gemeenschap. CENESEX (partner van fos) zet zich daarnaast ook in voor de gelijke rechten en de sociale aanvaarding van homo’s en lesbiennes.
De bekendste exportproducten zijn de sigaren, nikkel, salsamuziek, suiker, rum en dokters! Via het ELAM-project worden er jaarlijks duizenden gezondheidswerkers uit voornamelijk Latijns-Amerika, maar ook Afrika en Azië gratis opgeleid tot bekwame artsen en verpleegkundigen aan de verschillende universiteiten. Met hun opgedane medische knowhow kunnen ze daarna in hun eigen land op hun beurt goede gezondheidszorg aanbieden.
Ook al is Cuba een ontwikkelingsland met een zwakke economische basis, het blijft een fascinerend eiland dat nu voor verschillende uitdagingen staat om de vergrijzing van de bevolking en zeker die van de gebouwen grondig aan te pakken. Daarom blijft de hulp vanuit onze Westerse wereld noodzakelijk. De werkbrigade van de Vrienden van Cuba uit Gent heeft zo letterlijk haar steentje bijgedragen tot de opfrissing van een opvangtehuis voor vrouwen met een risicozwangerschap en van een rusthuis voor psychogeriatrie. Kortom Cuba is meer dan sigaren en rum; het is een land van meer dan 11 miljoen inwoners dat in volle ®evolutie is !
Auteur: Johan Vansintejan