AC delegatie in Colombia mei 2025

Interview: Rudy, Maartje en Ann van AC Antwerpen-Waasland over hun bezoek aan Colombia

Een delegatie van de Algemene Centrale Antwerpen-Waasland bracht samen met FOS-collega Jo Vervecken een bezoek aan enkele Colombiaanse partners. Rudy Sohier, Maartje De Schutter en Ann Huysmans blikken terug op een verrijkende reis.

LocatieColombia
CategorieNieuws

Ann en Maartje, voor jullie was het de allereerste keer dat jullie in Colombia zijn geweest. Rudy, voor jou was het de laatste keer als coördinator. Met welk gevoel blikken jullie terug op die ervaring?

Maartje: Ik ben heel dankbaar dat we ontvangen werden door mensen die er wonen en werkzaam zijn. De manier waarop zij werken in zulke omstandigheden is indrukwekkend. Ik stond versteld van hun gedrevenheid, kennis en drive voor syndicaal werk, met alle consequenties in zo’n geweldvolle context. Dat is om stil van te worden. Als ik er één woord op zou plakken, is het hun strijdvaardigheid die de diepste indruk na laat. Je ziet hoe breed gedragen de strijd is, verder dan de vakbonden: iedereen trekt de straat op voor een betere maatschappij.

Ann: Ik kan dit alleen maar beamen, het was een unieke ervaring en we werden van het begin af aan overal heel goed ontvangen. Je hoort precies meteen bij de familie. Het was eerst even wennen in een nieuw land, maar heel mooi om te zien hoe solidair ze daar zijn.

Rudy: Voor mij was het al de achtste keer dat ik er was, toch was het speciaal om voor de laatste keer als coördinator mee te gaan. Ik ben blij met hoe mijn reisgenoten alles ervaren hebben: ze kregen veel nieuwe indrukken en nooit is de moraal gezakt, ondanks het hoge tempo. Wat mij het meeste raakte, was het afscheid en een laatste knuffel of hand geven aan heel wat mensen. Gelukkig stoppen deze projecten niet met mij, maar geef ik nu de fakkel door aan een jongere opvolger, die ik nog even zal begeleiden. Ik ben blij dat ik dit allemaal heb kunnen doen, de laatste tien jaar met AC Antwerpen-Waasland en daarvoor met de federale Algemene Centrale.

Wat hebben jullie er bijgeleerd over de manier waarop vakbonden in Colombia georganiseerd zijn en wat ze betekenen voor de werknemers?

Maartje: Wat me opviel is hoe versnipperd de vakbonden er zijn. De vakbonden zijn er klein  en iedereen kan eigenlijk een vakbond oprichten van zodra je 25 leden hebt, terwijl er in België drie officieel erkende vakbonden zijn waarbinnen je werking moet vallen. Die versnippering in Colombia heeft veel  nadelen, maar wordt versterkt doordat je als syndicalist alleen bescherming hebt met een bestuursmandaat, terwijl bij ons delegees op de werkvloer ook bescherming genieten. Veel Colombianen zeiden ons: “Er is niemand die de strijd voor ons zal voeren. Het moet van ons komen of het zal niet gebeuren”, terwijl er hier wel nog veel naar boven wordt gekeken naar ‘de vakbond’.

Ann: Er is inderdaad meer versnippering, maar ook meer samenhorigheid, want iedereen kent iedereen. Hier denk je: “die van de vakbond zal het wel oplossen”, maar daar zorgt iedereen zelf mee voor de oplossing.

Rudy: Wat mij het meeste bijblijft van al die jaren en me elke keer raakt, is dat er in de syndicale kantoren foto’s hangen van syndicalisten die vermoord zijn. Het project met de USO, bijvoorbeeld, is vernoemd naar de voorzitter van de petroleumvakbond, Aury Sará Marrugo, die gemarteld en vermoord werd, samen zijn lijfwacht. Ik weet niet of ik het zou durven om syndicalist te zijn. Maar waarom durven zij dat wel? Als ze het zelf niet doen, gaat niemand het doen. Daarom zijn deze projecten ook belangrijk: we kunnen de zogenaamde ‘genocide tegen syndicalisten’ misschien niet tegenhouden, maar wel helpen om de opvolgers op te leiden.

Dat is inderdaad een andere situatie dan hier: mensen zeggen soms dat het hier niet zo erg is, want hier worden syndicalisten toch niet vermoord…

Rudy: Nóg niet. De aanslagen zijn wel bezig in België. Een paar jaar geleden is er een bedrijfsleider met zijn wagen door een stakingspiket gereden, dat is een aanslag. Iemand die bij een stakingspiket slaag krijgt, dat is een ook aanslag. De verrechtsing zorgt ervoor dat syndicalisten meer en meer in gevaarlijk water komen.

delegatie AC bij SINTREHOC

Waarom is de solidariteitsband tussen AC & FOS en de partners in Colombia zo belangrijk?

Maartje: Omdat wij allemaal dezelfde strijd voeren tegen het kapitalisme en voor een andere wereld. Zonder die internationale steun is dat onbegonnen werk. Als wij die projecten dan bezoeken, voelen we ons trots dat wij toch een kleine bijdrage hebben kunnen leveren. We kunnen het kapitalisme nooit uitroeien als we binnen onze eigen landsgrenzen blijven.

Rudy: Klopt, de leuze ‘samen sterk’ dragen we bij ABVV nog altijd hoog in het vaandel. Ook internationaal moeten we dat proberen waarmaken. Als wij ons steentje kunnen bijdragen is dat soms van levensbelang. De USO was bijvoorbeeld bijna uitgeroeid in het jaar 2000, toen hebben wij samen met hen een vormingscentrum opgericht om mensen op te leiden. Zonder nieuwe vakbondsleiders had die vakbond waarschijnlijk niet meer bestaan. Daarnaast is de steun uit België en Europa ook een stem tegen hun patronaat en de regering. Bedreigingen tot ontslag, bijvoorbeeld, worden gemeld aan België en Europa, zo houden we die werkgever in het oog. Die aandacht hier alleen al geeft de werknemers een opsteker om de moed niet te verliezen. Voor ons is dit een streefdoel dat we willen bereiken. Syndicalisme is voor mij internationalisme.

4. Jullie zijn op bedrijfsbezoek geweest en hebben verschillende partners leren kennen: zijn er lessen die wij als Belgen van de Colombiaanse partners kunnen leren en omgekeerd?

Ann: Het bedrijfsbezoek daar was niet zo anders dan hier: ze starten met het standaardpraatje van HR over hun goede samenwerking met de vakbond enzovoort, terwijl dat in de praktijk vaak helemaal niet waar is. Het personeel kon wel beamen dat er discussie was. Ik vroeg ook hoe het zit met de onderaanneming, want de poetsdienst en de bewaking in onderaanneming zijn daar ook gesyndikeerd, door de hoofddelegatie die de vakbond mee heeft opgericht. Daar kunnen wij in België wel iets van leren, want bij ons komen mensen wel op voor het eigen personeel, maar liggen ze meestal niet wakker van het personeel in onderaanneming. Daar is dat wel het geval.

Maartje: Iets wat toen ook aan bod kwam is dat bedrijfsonderhandelingen breder gaan dan alleen lonen en arbeidsvoorwaarden. Ze houden ook rekening met de ecologische impact van het bedrijf op de omgeving en maken daar afspraken over. Die impact is daar ook groter en meer verstrengeld met de leefomstandigheden dan hier, maar dit kan en moet ook een groter aandachtspunt worden bij ons. We moeten de vakbonden sterker verankeren in de bredere gemeenschap voor onderhandelingen hier.

Rudy: Je voelt inderdaad die impact en de dualiteit tussen de werkomstandigheden en het leven van mensen. Bijvoorbeeld bij de cementfabriek die de mijn wilde uitbreiden vlakbij een bewoonde zone. De werknemers die daar wonen zijn natuurlijk bezorgd om de milieuschade die ze zelf zullen voelen, maar ze zijn tegelijkertijd ook bezorgd om hun jobs. Die dualiteit maakt het niet makkelijk als delegee.

Jullie haalden het zelf al aan: Colombia kampt met veel protesten, conflict en geweld. Activisten en syndicalisten lopen er het gevaar om ontslagen te worden, of bedreigd en zelfs vermoord. Op welke manieren hebben jullie dit gemerkt?

Ann: In het vakbondslokaal bij SUTIMAC hing een poster van 200 vermoorde syndicalisten. Dat is mij enorm bijgebleven. Ook was er een studentenprotest, waarbij ik schrok dat de syndicalisten door bodyguards met de auto werden weggebracht. Ik kan me niet inbeelden dat ik een bodyguard zou nodig hebben om mijn syndicaal werk te doen.

Maartje: Er was geen enkele plek waar dit niet zichtbaar was. Ook in een lokaal van onderwijzend personeel hing er zo’n eerbetoon aan de muur. Toen wij er waren is er helaas ook iemand overleden. Onder president Petro is dit wel verbeterd, maar nog niet verdwenen.

Rudy: Toen Petro net verkozen was, zeiden werkgevers in het land “We gaan ons nu bewapenen” tegen de hervormingen. In de periode daarvoor, tijdens de COVID-pandemie, waren er veel problemen. Huishoudwerkers van SINTREHOC, bijvoorbeeld, mochten niet bij de mensen thuis gaan koken en hen verzorgen, maar zo kregen ze ook geen loon. Tienduizenden mensen kwamen toen op straat, onder andere in Cali, om te protesteren tegen de rechtste regering. Meer dan 200 mensen werden toen vermoord of waren het slachtoffer van geweld tijdens de manifestatie. Daarom waren er dit jaar ook 80.000 mensen aanwezig op de 1 mei-betoging: om hun steun aan de nieuwe regering te tonen. Dat is wel frappant, want heb je hier ooit al een demonstratie vóór de regering meegemaakt?

Jullie waren zelf ook aanwezig in Cali op 1 mei, hoe anders ging dat eraan toe dan jullie gewoon zijn?

Colombia 1 mei a

Ann & Maartje: De massale aanwezigheid en het bewustzijn, het vele scanderen met bordjes: het was geen wandeling van punt A naar punt B. Iedereen was er ook graag en kwam uit zichzelf op straat. Hier is het wat meer “van moeten” omdat je syndicalist bent. Daar is de noodzaak sterker aanwezig. Dat las je ook in de slogan op de T-shirts van SUTIMAC: “We vieren niet, maar herdenken en strijden!”.

Rudy: Het is inderdaad een herdenking daar, geen feest. Hier is de geschiedenis al wat verdwenen uit onze herinnering, maar daar zijn ze nog altijd aan het vechten.

Ann: Daarom moeten we vooral ook de jonge generatie en de studenten hierover bewustmaken: zij weten vaak niet wat een vakbond doet, behalve overlast bezorgen. Ook hier wordt iedereen getroffen, maar veel mensen beseffen het niet, want het lijkt maar een ver-van-hun-bedshow.

Ann en Maartje, de vakbondswereld lijkt toch nog steeds vooral een mannenwereld, hoe ervaren jullie dit? Welke uitdagingen of kansen zien jullie voor vrouwen in jullie sector (in Colombia en in België)?

Ann: In Colombia werken ze hier wel aan, maar er zijn nog steeds minder vrouwen bij de vakbond. Ze krijgen ook eerder de administratieve taken, terwijl de bestuurstaken meer naar de mannen gaan. Hier proberen wij ook arbeid en gezin te combineren (al is het ook nog niet zoals het moet zijn), maar in Colombia is dit nog onbegonnen werk. Hier bij de vakbond wordt er al wat meer op ingezet dat er bijvoorbeeld bij congressen een evenwichtige verdeling is van mannen en vrouwen, maar daar gebeurt dat nog minder. In de bedrijven hier is er nog veel werk aan de winkel.

Maartje: Dat komt vooral ook door de machocultuur. Hier hebben we al vooruitgang geboekt, maar we zijn er ook nog niet. Hier hebben we als vrouw soms ook nog af te rekenen met  stereotype verwachtingen rond de invulling van een delegee of vakbondsverantwoordelijke,. De traditionele verdeling van zorgtaken is bovendien nog sterk aanwezig, maar syndicaal werk is geen 9-to-5-job, dus moet je wel een goede ondersteuning hebben thuis om dit te kunnen doen.

Rudy, jij hebt al verschillende keren doorheen jouw AC-carrière naar Colombia gereisd, welke evolutie of veranderingen heb je gevoeld?

Rudy: Er is een zekere evolutie geweest in die ‘mannenwereld’, want er wordt al lang ingezet op structurele veranderingen en veel vormingen. Daarnaast zien we in het versnipperde landschap van vakbonden steeds meer samenwerking. Onderling werken ze meer en meer samen met elkaar, voor bijvoorbeeld vormingen. Dat ‘samen sterk’-gevoel doet me plezier.  Het is zoals Maartje al zei: als we elk binnen onze grenzen blijven werken, blijven we ter plaatse trappelen.

Rudy, als vakbondsman en coördinator van solidariteitsprojecten AC Antwerpen-Waasland heb je je jarenlang ingezet voor het syndicalisme hier en in het Globale Zuiden. Hoe zie jij de toekomst?

Rudy: Ik zie de toekomst met vertrouwen toe. Ik ken syndicalisten in Colombia, in Zuid-Afrika, in Congo… in de hele wereld en het geeft me vertrouwen dat zij allemaal strijden waarvoor wij ook strijden. We moeten blijven opkomen voor elkaar. Als we onze aandacht laten verslappen, staat extreemrechts direct op en dat is de grootse dreiging voor ons allemaal. We moeten blijven investeren in vorming en opleiding, met aandacht voor de geschiedenis: als je die vergeet, loop je het risico dat de geschiedenis zich herhaalt. Dat zie je in Europa meer dan in Colombia, zij zijn nog niets vergeten. Hier zijn de Tweede Wereldoorlog en de overwinning op het fascisme nu 80 jaar geleden, dat wordt niet meer onderwezen op scholen. Maar als je de geschiedenis niet kent ben je gedoemd om die opnieuw te ondergaan.

Colombia 1 mei f

Ann en Maartje, wat willen jullie hier nog aan toevoegen?

Maartje: Ik wil hoopvol eindigen met wat ik uit deze ervaring meeneem: de strijdvaardigheid van de mensen en de boodschap, dat als zij kunnen vechten in zulke omstandigheden, wij dat ook kunnen. Dit zelf ervaren tijdens deze reis is een enorme verrijking.

Ann: Colombia is inderdaad strijdvaardiger dan wij. De steun van AC mag zeker blijven bestaan want vormingen en netwerksyndicalisme zijn zeer belangrijk daar. In Colombia is de goesting er duidelijk nog. Voor onze reis dacht ik eerst ‘wat ga ik daar doen?’, maar het was een leerrijke ervaring en mede dankzij Jo’s vertaling en goede zorgen voelde ik me geen buitenstaander. Het was niet zomaar een reis van 10 dagen en klaar.

Rudy: Inderdaad, jullie zijn nu ook ‘ambassadeurs’. Deze projecten zijn ontzettend belangrijk voor de mensen daar. Onze samenwerking wordt nu (financieel) bemoeilijkt door onze regering haar besparingsplannen, want ze staat in de weg van degenen die de bedrijven leiden (kapitalisme). Daarom alleen al is dit zeer waardevol.

foto’s Colombiareis AC d

Maartje De Schutter: secretaris bouwsector Algemene Centrale – ABVV Antwerpen-Waasland
Ann Huysmans: delegee schoonmaaksector AC Antwerpen-Waasland
Rudy Sohier: coördinator van solidariteitsprojecten AC Antwerpen-Waasland met Colombia

De delegatie van AC Antwerpen-Waasland brachten samen met Jo Vervecken van FOS een bezoek aan enkele Colombiaanse partners:

  • SUTIMAC (Vakbond van de bouwvakkers), COISO (Intersyndicaal Collectief voor Gezondheid en Veiligheid op het Werk), SINTREHOC, CASM, GGF (ngo voor gezondheid als integraal recht met sociale determinanten).
  • Naast AC Antwerpen-Waasland heeft AC Federaal ook een partner uit de petroliumsector, USO, die ze ook bezocht hebben.