In El Salvador staan de werknemers uit de textielsector er het slechtste voor. De delegatie bezocht het platform van vakbonden en ngo’s dat de werkomstandigheden wil verbeteren, en kreeg te horen wat de uitdagingen zijn. De export van textiel uit de vrijhandelszones in El Salvador vertegenwoordigt 45% van de gehele Salvadoraanse export, een belangrijke sector dus, en genereert 74.500 directe jobs, vooral voor vrouwen (80%). Zij verdienen 210,90 dollar per maand, bijna het laagste salaris van het land. Alleen in Nicaragua ligt het salaris nog lager. Bedroevend, zeker als je weet dat de bedrijven actief in de vrijhandelszone in El Salvador voor bijna 200 miljoen dollar par jaar worden vrijgesteld van belastingen (200 keer meer dan Ikea in België!!). In deze 250 bedrijven zijn er maar 18 vakbonden, en dit door zware vakbondsrepressie. De werkgever ontslaat ontegensprekelijk iedereen die interesse toont in vakbondslidmaatschap. De vakbond kon tot nog toe geen enkel collectief akkoord onderhandelen. Werknemers moeten verplicht overwerken en de werkgever ontslaat vrouwelijke werknemers als ze zwanger worden. Als je rekent dat elke werknemer per dag ongeveer 7,03 dollar per dag verdient en daarvan 4 dollar uitgeeft aan kinderopvang, 1 dollar aan transport naar het werk en 1,5 dollar aan eten, schiet er amper iets over, en dan hebben we de bijdrage voor de sociale zekerheid nog niet meegerekend. Het platform probeert deze wantoestanden zichtbaar te maken en doet voorstellen voor wetgeving, bijvoorbeeld over inspectie op het werk.
Het schrijnendst is de situatie van de borduursters in El Salvador. Deze thuiswerksters worden niet erkend als werkneemsters van de maquilabedrijven. Aan een borduurwerk werken ze uren of dagen voor een dollar of 2 per stuk, en daarbovenop hebben ze geen sociale zekerheid en moeten ze zelf al hun materiaal kopen.
Ook in Honduras bezocht de delegatie een platform van vakbonden in de textielsector. Daar is de situatie de afgelopen jaren gelukkig grondig verbeterd. Onder druk van de vakbonden is een tripartiet sectorakkoord opnieuw onderhandeld met hierin bijvoorbeeld een sociaal fonds voor woningen. Bovendien is de Hondurese staat binnen het vrijhandelsakkoord met de Verenigde Staten veroordeeld voor het niet naleven van de sociale clausules. Een concreet resultaat hiervan is dat het budget voor inspecties op het werk van het ministerie is verhoogd.
Tot slot bezocht de delegatie ook de gendercommissie voor de textielsector in Nicaragua. Ook hier profiteren de werkgevers van vrijhandelszones om zo min mogelijk belastingen te betalen en om de macht van de vakbonden zo veel mogelijk te beperken, door hen bijvoorbeeld niet in de wetgeving te erkennen. De gendercommissie werkt specifiek rond de situatie van de vrouw in de maquilasector en stelt eisen over kinderopvang, meer vrouwen in vakbondsstructuren, collectieve arbeidsovereenkomsten waarin ook de noden van vrouwen worden besproken enz.
De Belgische vakbondsdelegatie ging naar huis met een rotsvast geloof in aan de strijd van de textielwerkers in Centraal-Amerika en zal de lokale vakbonden blijven steunen.
Auteur: Anke Leflere