Eerste poging
De bankencrisis van 1999 ligt nog vers in het geheugen in Ecuador. Veel Ecuadoranen zagen immers hun zuurverdiende spaarpotje in rook opgaan. Tegelijk zagen een aantal politici en bankiers hun spaarvarken zwaar aandikken, waaronder Guillermo Lasso. Lasso, bankier en miljonair, zag in de bankencrisis de springplank naar zijn politieke carrière. Deze oerconservatieve liberaal richtte in 2012 zijn eigen politieke partij CREO op. Lasso nam het tevergeefs in 2013 voor de eerste maal op tegen het conservatief progressivisme van Rafael Correa.
Het conservatief progressivisme
Correa kwam aan de macht in 2007, tijdens een conjunctuur van neoliberaal structurele aanpassingsprogramma´s. De bevolking was dit beu en zocht een uitweg. Correa bood een alternatief in de vorm van een zogenaamde burgerrevolutie met vadertje Staat en vooral een staatshoofd als absoluut middelpunt. Ook de inheemse beweging, die met zijn historische strijd tegen het neoliberaal model de krachten van de markt wilde beteugeld zien, zag dit politiek project initieel wel zitten. Het georganiseerde middenveld heeft echter eveneens een fundamentele rol als tegenhanger van of aanvulling op de staat te spelen.
Correa duldde echter geen tegenspraak. Noch binnen zijn regering, noch vanuit de lokale overheden, noch vanuit het middenveld. Al snel begon hij alles en iedereen, die het niet 100% met hem eens was, in het openbaar aan te vallen. Hij kafferde die uit. Hij kocht iedereen om die dacht het voordeel te kunnen halen uit het regime. Deze praktijken leidden tot een compleet gepolariseerde en corrupte samenleving. De gezaaide verdeeldheid bracht onherroepelijk veel schade aan binnen sociale organisaties. De scheiding van machten begon te vervagen. Het autoritarisme nam steeds groteskere vormen aan.
En Correa, die in buitenlandse fora een links progressief discours hanteerde, implementeerde in praktijk een extractivistisch model. Terwijl geen enkel voorgaande regering een vrijhandelsakkoord had onderhandeld, deed Correa dat wel. Terwijl geen enkele voorgaande regering concessies voor grootschalige mijnbouw verleend had, deed Correa dat wel. En alsof de inheemse gemeenschappen hiermee nog niet genoeg schade hadden ondervonden, viel het correïsme ook nog eens hun identiteit aan. Correa deed het met een ronduit koloniaal openbaar beleid door onder meer hun taal uit het onderwijssysteem te weren. Hij onderdrukte elke poging tot protest en het racisme ten aanzien van de inheemse gemeenschappen wakkerde aan.
Tweede poging
In 2017 nam Lasso het voor de tweede maal op tegen het correïsme, dat als kandidaat Lenin Moreno naar voren schoof. Moreno was gedurende 6 jaar vicepresident van Correa. In de eerste ronde, kon Lasso op 28% van de stemmen rekenen en mocht hij door naar de tweede ronde. Het correïsme kaapte de overwinning echter nipt voor zijn neus weg. Correa dacht met een gerust hart te kunnen gaan voor een paar jaar, maar dat draaide anders uit.
Moreno en Correa lagen al snel in de clinch, omdat Moreno, tegen de zin van Correa in een grootschalige dialoog met alle gelederen van de maatschappij op poten zette, de inheemse beweging hun hoofdzetel teruggaf die Correa hen had afgenomen. En vooral omdat Moreno zijn corrupte vice Jorge Glas, die met Correa altijd een hand boven het hoofd had, voor de rechtbank sleepte. Een onherstelbare breuk volgde. Moreno bleef de belangen van de grote economische groepen in Ecuador verdedigen, net als zijn voorganger Correa gedaan had, maar zonder autoritaire tintjes, en zonder zijn kenmerkende linkse discours.
Derde keer goede keer?
In 2021 waagde Lasso een derde keer zijn kans. Deze keer projecteerde ex-president Correa Andres Arauz als zijn kandidaat. Arauz is een zeer jonge technocraat, die net als Correa economist die in de VS gestudeerd heeft. Hij is, tijdens de volledige regeerperiode van Correa, openbaar ambtenaar geweest. Weinigen hadden zijn naam eerder horen vallen. Het was dan ook overduidelijk dat Correa zelf degene was die werkelijk naar de macht dong.
Maar deze keer was er nog een derde politieke project waar rekening mee moest gehouden worden: het plurinationaal project van de inheemse politieke beweging Pachakutik. Yaku Pérez stelt met dit project, de logica van de kapitalistische, koloniale en patriarchale overheersing in vraag. Hij stelt het ook gemeenschapszin, territoriale autonomie en plurinationaliteit centraal. Yaku Pérez, inheems leider, milieuactivist en advocaat. Hij werkte zich op van gemeenteraadslid tot gouverneur van één van de provincies die door mijnbouw bedreigd wordt. Hij vloog, tijdens het bewind van Correa, vijfmaal de gevangenis in omwille van protestacties tegen mijnbouw en tegen correïsme. Hij ontpopte zich ook tot één van de inheemse leidersfiguren van de sociale protesten van oktober 2019 tegen het neoliberaal beleid. De overwinning, die de inheemse beweging daar binnenhaalde, zette de deur open naar de verkiezingen van 2021.
Het was Arauz die, op 7 februari, als winnaar uit de bus kwam van de eerste ronde met 32,7% van de geldige stemmen. Pérez en Lasso behaalden een technische gelijkstand. Hoewel de voorzitter van de Nationale Kiesraad, in de nachtelijke uren van de stemdag op de nationale televisie, verkondigde dat Pérez doorging naar de tweede ronde, bleek het dat de dag nadien Lasso te zijn. Op het laatste moment zouden er nog duizenden stembussen in de stad Guayaquil opgedoken zijn. Guayaquil is gekend als een rechts bastion met een zeer povere reputatie op vlak van verkiezingstransparantie. Ondanks het akkoord, dat op 12 februari ten overstaan van de verkiezingsautoriteit en internationale delegaties werd bereikt, weigerde Lasso de stembussen te laten openen waar twijfel over bestond. Bovendien weigerde de Kiesraad de door Pérez 20.000 betwiste stembiljetten te openen, nadat er in slechts 28 onderzochte stembussen bewijs was gevonden van 612 extra stemmen ten gunste van Pérez. Pérez heeft gerechtelijke stappen ondernomen waarin hij een vermeende fraude aan de kaak stelt. Dit heeft helaas niets opgeleverd. Voormalig president Correa zelf sprak zich vanuit België openlijk uit tegen de beschuldigingen van fraude. Hij bekrachtigde het definitief besluit van de Kiesraad, omdat hij dacht meer kans tegen Lasso te maken dan tegen Pérez in de tweede ronde. Pérez, de antisysteem-kandidaat die het koloniaal juk wilde afwerpen, lag eruit. Dit ter consternatie van vele Ecuadoranen. Hij riep zijn volgers op om ongeldig te stemmen in de tweede ronde, uit protest tegen fraude, corruptie, kolonialisme en het neoliberaal model. Deze oproep kreeg gehoor.
Hoewel Arauz in de eerste ronde 32,7% van de geldige stemmen tegen Lasso behaalde (19,7%), is het toch Lasso, met zijn conservatief liberalisme, die op 11 april het presidentschap binnenhaalde met 52,5% tegen 47,5%.
Waarom won Lasso?
Wat verklaart het feit dat een merendeel van de Ecuadoraanse bevolking gekozen heeft voor een duidelijk en rechts neoliberale koers in plaats van het conservatief progressivisme van Correa?
Hoewel het aantal ongeldige stemmen een bijna historische 17% bedroeg, heeft een deel van de Yaku-stemmers toch voor Lasso gestemd. Niet omdat ze hem enige sympathie toedragen, “verrechtsen” of omdat ze afzien van hun historische strijdpunten, maar omdat ze het correïsme wilden afstrafffen. Daar waar het conservatief liberalisme uitvoert waar het voor staat, hebben ook de correïsten een neoliberaal, koloniaal, racistisch en patriarchaal beleid gevoerd, ondanks hun retoriek die een heel ander model voorspiegelt. Dit verraad zit de inheemse beweging en de linkse denkers hoog. Verschillende keren hoor of lees je: “Ik verkies een bankier boven een dictator.”
Arauz werd, na de eerste ronde, tussen het dilemma al dan niet Correa´s evenbeeld te blijven verscheurd. Enerzijds omdat het beeld van Correa weliswaar stemmen opbrengt, maar anderzijds ook stemmen afschrikt omwille van zijn schaduw uit het verleden. En die schaduw heeft Arauz niet kunnen afschudden. Bovendien werd hij geplaagd door zijn eigen verleden met de slogan “Andrés, no mientas otra vez” (Andrés, lieg niet meer). Hij zou gelogen hebben over zijn aanstelling als ambtenaar van de Centrale Bank. Hij zou ook onterecht een sappige vergoeding hebben geïncasseerd voor zijn ontslag uit die functie. En dit midden in de pandemie.
Tot slot is er nog de campagnestrategie van Lasso die radicaal veranderde na de eerste ronde. Lasso, een zelfverklaarde pro-life man, gekant tegen elke vorm van abortus, en lid van Opus Dei, een prelatuur van de Katholieke Kerk die bekend staat om zijn ultra-conservatisme, beweerde plots dat een verkrachte vrouw, die besluit een abortus te laten uitvoeren, niet in de gevangenis terecht mag komen. Zijn vicepresident Borrero, die in een interview op 4 februari 2021 over de dehomoseksualisatie-klinieken verklaard had dat dat een zeer ingewikkeld onderwerp is omdat het over een genetisch probleem gaat, verontschuldigde zich uitgebreid na een verontwaardigde reactie van de LGBTI-gemeenschap. Lasso probeerde niet alleen de hand te reiken naar vrouwen en de LGBTI-beweging, maar ook naar de inheemse beweging, jongeren, milieuactivisten, … om stemmen uit die hoek te winnen. Dit lijkt deels ook gelukt te zijn.
Wat kunnen we nu verwachten?
Ongetwijfeld meer van hetzelfde. Lasso wordt geconfronteerd met een meervoudige crisis. Zijn oplossingen zijn voorspelbaar: openstelling voor buitenlandse investeringen, privatisering, flexibilisering van de arbeid, verdieping van het productiemodel gebaseerd op de ontginning van natuurlijke hulpbronnen. Dit alles recht uit het receptenboek van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het IMF drukte trouwens meteen zijn steun uit aan de nieuw verkozen president. De prorechtenverklaringen, die hij deed om stemmen binnen te halen bij de tweede ronde, vervlogen al meteen tijdens zijn overwinningsspeech, waarin hij uitgebreid God bedankte. Hij beloofde een vader te zijn voor alle kindmoeders in Ecuador, wetende dat deze veelal zwanger worden door incestueuze verkrachtingen. Seksuele voorlichting, toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorg en een veilige en wettelijke abortus is wat zij nodig hebben, maar dit staat niet in het receptenboek.
In het Parlement heeft hij echter geen meerderheid. Van de 137 verkozen parlementsleden vertegenwoordigen er 48 het correïsme, 27 Pachakutik die samen met de 18 van Democratisch Links een blok vormen, en 19 de Sociaal Christelijke Partij die samen met de 12 van CREO een wetgevend blok vormen. Zonder allianties zal er geen mogelijkheid zijn om wetten te maken of politiek toezicht te houden. Het blok van de inheemse beweging staat sterk en moet zijn gewicht, van binnenuit, doen gelden. Dit in samenspel met een sterke sociale druk, opent er mogelijkheden om een tegengewicht te vormen.
Laten we ons blijven verzetten!