Migratie heeft vele oorzaken, dat leerde je al tijdens de campagne #allemaalmensen die we in 2018 en 2019 met 11.11.11 voerden. De toenemende wereldwijde ongelijkheid, onveiligheid, gebrek aan democratische ruimte, de zoektocht naar waardig werk, genderongelijkheid en ga zo maar door. Het zijn allemaal redenen die mensen drijven om hebben en houden achter te laten. Vaak is het een combinatie van verschillende factoren die hen doet beslissen om een nieuwe thuis te zoeken, waar de situatie beter is. Als die oorzaken zo divers, complex, persoonlijk en emotioneel zijn, kan en moet er dan iets aan migratie gedaan worden?
Uitbesteden
De externalisering van het Europese migratiebeleid is een opvallende trend. Daarmee bedoelt men dat Europa het migratiebeleid steeds meer overlaat aan andere instanties dan de eigen staten of unie. Zo krijgen Libische krijgsheren geld om de grenzen te ‘controleren’ en dus migranten en vluchtelingen in werkkampen op te sluiten. Intussen zien we dat private winstgerichte bedrijven mogen beslissen over wie wel of niet een visum krijgt en niet langer ambassades of consulaten.
Maar ook binnen ontwikkelingssamenwerking is migratie plots een hot item. Een voorbeeld is het Duitse ‘Marshall plan voor Afrika’ van bondskanselier Angela Merkel met een sterke focus op het creëren van economische opportuniteiten die migratie moeten verminderen. Ook in België sprak het Vlaamse regeerakkoord over ontwikkelingssamenwerking met louter “landen die goed samenwerken met de EU in de strijd van mensenhandel en illegale migratie.” De regering wil dat ontwikkelingssamenwerking kan “bijdragen aan beheersing van de migratiestromen.”
Paradox
Maar kan dat wel? Als ontwikkelingssamenwerking doet wat het moet, namelijk bijdragen aan ontwikkeling, gaan mensen erop vooruit. Maar daardoor versnelt ook migratie. We spreken hierbij over de migratieparadox: hoe meer de basiscondities (die op lange termijn tot minder migratie leiden) in arme landen verbeteren hoe meer migratie mogelijk wordt op korte termijn.
Maar wat is de waarde van die paradox? De analyse die aan de basis van het begrip ligt, legt naast gezondheid en onderwijs, vooral de nadruk op het bruto nationaal product van een land. Maar een erg economische kijk op migratie, houdt geen rekening met motieven die meespelen bij een beslissing om te migreren. Sociale netwerken zoals familiale banden, aanwezigheid van diaspora en postkoloniale linken zijn veel meer doorslaggevend. Ook de veiligheid in een land, de mensenrechtensituatie en slecht bestuur en corruptie zijn belangrijke elementen (dat lees je ook in deze analyse over Centraal-Amerika nvdr.)
Onderzoekers zijn er steeds meer van overtuigd dat het klassieke model van ‘push’ en ‘pull’ factoren om migratie te verklaren onrecht doet aan een veel complexere realiteit. Nuttiger is het concept ‘aspiraties’. Aspiratie slaat op de wens om de eigen situatie te verbeteren. Dat zorgt ervoor dat de impact van het ontwikkelingsbeleid van Europese landen op migratiecijfers op korte tot middellange termijn eerder beperkt is.
Ontwikkelingssamenwerking uithollen en hervormen tot een instrument om migratie te bepalen? Dat lijkt eerder nutteloos, want impact hebben op alle persoonlijke en sociale aspecten binnen die aspiraties is gewoon niet haalbaar.
Migratie leidt tot herverdeling
Maar migratie heeft nut. Het is zelfs een motor van ontwikkeling. Het feit dat migratie in de herkomstlanden voor ontwikkelingskansen zorgt, wordt steeds meer erkend. Migranten sturen bijvoorbeeld geld op naar hun thuisland, de zogenaamde remittances. Zo vormen geldtransfers een onmisbare inkomstenbron voor naar schatting 750 miljoen mensen.
Het bedrag aan geldtransfers naar ontwikkelingslanden steeg in 2018 met 9,6% tot 529 miljard dollar. In 2019 nam het aantal remittances dat verstuurd werd naar ontwikkelingslanden tot een nieuw record van naar schatting 550 miljard dollar toe. Daarmee vormt het voor het eerst de belangrijkste externe financieringsbron voor heel wat landen. Het bedrag van geldtransfers is bijna vier keer zo hoog als de wereldwijde ontwikkelingssamenwerking.
Migranten zorgen ook voor ontwikkeling. Ze verbinden landen en gemeenschappen in een context die steeds mondialer wordt. Ze bevorderen handel, investeringen en culturele banden tussen landen. Veel mensen met een migratie-achtergrond nemen zelf het initiatief voor internationale ontwikkelingssamenwerkingsprojecten.
Conclusie? Ontwikkelingssamenwerking gebruiken om migratie te stoppen werkt niet. In de plaats daarvan moeten overheden migratie in al haar facetten erkennen en menselijk maken. In de plaats van een beleid te voeren dat tot onnoemelijk veel leed leidt, moet migratie begeleid worden, met centraal respect voor mensenrechten.
Ontwikkelingsorganisaties moeten zich intussen blijven bezighouden met waar ze goed in zijn: het bestrijden van grondoorzaken van migratie. Ze moeten gaan voor waardig werk, veiligheid, mensenrechten, democratie en ga zo maar door. Niet om migratie te controleren, maar omdat die thema’s voorwaarden zijn voor een menswaardig bestaan.
Download
Meer weten? Klik hieronder en download onze paper over migratie en ontwikkelingssamenwerking.
11paper: migratie en ontwikkelingssamenwerking
Download de paper van FOS en 11.11.11 over migratie en ontwikkeling