Nog liever fabriek sluiten dan onderhandelen met vakbond

De confectiefabriek Gama heeft al zijn werknemers en werkneemsters op straat gezet. Eigenaar Jaime Enrique Salvador Gadala María sloot nog liever zijn fabriek dan met de vakbondsvertegenwoordigers van zijn personeel te onderhandelen. Het ABVV en fos hebben in een brief hun solidariteit met de getroffen werknemers/sters uitgesproken.

CategorieNieuws

De Salvadoraanse arbeidswet is duidelijk: bedrijven moeten een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) afsluiten, als 50 + 1 % van de arbeiders bij de vakbond is aangesloten. In het bedrijf Gama is 60% van de werknemers lid van de bedrijfsvakbond STECG. Deze bedrijfsvakbond maakt deel uit van het platform MSTM, partner van fos, dat de arbeid(st)ers actief steunt op weg naar collectieve onderhandelingen.

In juni liet het Ministerie van Arbeid aan Gama weten dat ze verplicht waren om over een CAO te onderhandelen. De eigenaar van de fabriek weigerde dat en vroeg het ministerie om een bewijs dat 60% van zijn werknemers inderdaad bij de vakbond was. Het ministerie stuurde daarop de lijst met de namen van alle vakbondsleden. Dat hielp blijkbaar want er werd een begin gemaakt van de onderhandelingen over een document met 58 clausules.

Op 17 juli waren amper 29 clausules besproken. Op 18 juli stonden alle werknemers voor een gesloten fabriek. ’s Nachts had de eigenaar alle grondstoffen voor de productie weggehaald. De arbeiders bleven dag en nacht, gedurende vier etmalen, voor de fabriek staan om te verhinderen dat de eigenaar ook de machines zou weghalen. Toen dit een verloren strijd bleek, startte de vakbond onderhandelingen met de vertegenwoordiger van Gama om 80% van hun ontslagpremie te krijgen, waar het normaal gesproken om 100% moet gaan.

Zwarte lijsten
Einde verhaal? Toch niet. De eigenaar van Gama heeft de lijst met vakbondsleden die hij van het ministerie kreeg, aan alle fabrieken van de vrijhandelszones in het land doorgespeeld. Niemand op deze ‘zwarte lijst’ kan bijgevolg nog aan een baan in deze sector komen.

“Geen idee wat ik kan doen. Het kleine beetje geld dat ze me gaven is ondertussen op en ik vind geen ander werk” zegt Isabel Pichinte, alleenstaande moeder en een van de vakbondsleidsters.

“In El Salvador is dat de werkwijze van de fabrieken in de vrijhandelszones. Ze sluiten hun deuren van de ene dag op de andere en twee weken later openen dezelfde werkgevers een nieuwe fabriek onder een andere naam en werven ze nieuw personeel aan dat niet tot een vakbond behoort,” zegt Cecilia Cruz, Algemeen Secretaris van de vakbond.

Het zou de eerste keer geweest zijn dat er in El Salvador een CAO in een dergelijk bedrijf werd afgesloten. Maar ook nu lukte het dus niet. De werkgevers willen dit soort afspraken niet, want ze willen gewoon verder hun werknemers kunnen uitbuiten.

Internationale druk
Ondertussen zet de vakbond de strijd verder. In eigen land vechten zij het faillissement aan op basis van de financiële rapporten die het bedrijf zelf bij de Salvadoraanse overheid neerlegt. Tegelijk heeft ze de feiten bij de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) in Genève aangekaart met de eis om de fabriek opnieuw te openen met dezelfde werknemers als tevoren. Ook eisen ze het verbod van het gebruik van ‘zwarte lijsten’.

Via de consumentenorganisaties in de Verenigde Staten voert MSTM de druk op en heeft het bedrijf de grote afnemers Fruit of the Loom en Wal Mart op de hoogte gesteld. De eis is duidelijk: het bedrijf moet opnieuw open.

“Deze crisis onderstreept dat er in El Salvador een grote nood is aan samenwerking tussen vakbonden en vakcentrales in deze sector. Alleen op deze wijze kan collectief en in samenwerking met de internationale vakbeweging Central Sindical de las Américas, de continentale afdeling van het Internationale Vakvervond IVV/ITUC, iets gedaan worden tegen de syndicale repressie in dit land. Zonder deze solidaire en gecoördineerde steun zal het, vrees ik, een hachelijke zaak blijven voor elke bedrijfsvakbond om op eigen houtje tot collectieve onderhandelingen te komen. Met de steun van fos kunnen de syndicalisten van MSTM en STECG rekenen op juridische bijstand bij het oplossen van de huidige crisis”, aldus Frank Lensink, fos-medewerker in Midden-Amerika.