RECHTVAARDIGE BELASTINGEN VOOR IEDEREEN
Aaron Ooms (7e plaats Vlaams Parlement – West-Vlaanderen): Rijk zijn kan, mag, en soms zou ik het zelf willen zijn. Er is niets mis met rijkdom. Wat niet kan, niet mag, wat ik als politicus, als mens, nooit zal accepteren, is dat iemand die rijk is niet naar vermogen bijdraagt. Als de rijksten niet naar vermogen bijdragen ontstaat er een apartheid tussen de ‘superrijken’ en ‘de rest’, die uiteindelijk onze samenleving kapot maakt. Een vermogenswinstbelasting, en een taks op financiële transacties is dus een eerste, en misschien wel belangrijkste ‘to do’ voor de agenda van de volgende regering. Net zoals multinationals aan banden leggen de belangrijkste eerste taak is voor het Europees niveau. Het moet gedaan zijn met het doorsluizen van winsten en het opzetten van ondoorzichtige constructies om een eerlijke bijdrage te vermijden. Pas als we die inzet tonen in België en Europa zullen we een ambitieuze ontwikkelingssamenwerking tot stand kunnen brengen. Want iedere stap vooruit in ontwikkelingssamenwerking kost geld. Geld dat er is. Dat geld verzamelen, de sterkste schouders de zwaarste lasten laten dragen, is wat ik als politicus wil doen.
Mathijs Goderis (6e plaats Vlaams Parlement – West-Vlaanderen): Dat België wereldkampioen belastingen zou zijn is een veel gehoord mantra. Wat er weinig bij verteld wordt, is dat dit slechts een halve waarheid is. De belastingen op arbeid zijn inderdaad vrij hoog in België. Maar de tabel die bij ons niet zo vaak de kranten haalt, is die over belastingen op inkomen uit vermogen (bv. dividenden,…) Op dat vlak laten we in dezelfde OESO-lijst maar twee landen achter ons qua laagste belastingen op inkomen uit vermogen! Wij willen de belastingen hervormen om een echte taks-shift te bewerkstelligen. Zij die niet of niet volgens de wet bijdragen laten we meebetalen, multinationals of grote vermogens in belastingparadijzen bv., om met die opbrengst de lasten op arbeid te verlagen.
EEN EFFICIËNT EN AMBITIEUS KLIMAATBELEID
Nora Mouallali (11e opvolger Vlaams Parlement – Vlaams-Brabant): “De opwarming van de aarde is toch juist een goede zaak”, hoor ik onwetenden vaak zeggen, “want ja, dan wordt het hier wat warmer.” En zo zullen er een heel aantal mensen zijn die niet beseffen wat de opwarming van de aarde exact teweeg brengt.
Als toekomstige politica zou ik de handel in emissierechten aan banden willen leggen. Er is niets belachelijker dan dat. Bedrijven die te veel CO2-uitstoot produceren moeten maar milieuvriendelijker en energiezuiniger produceren in plaats van CO2-rechten aan te kopen. Want daarmee los je het probleem niet op, je maakt het alleen maar mooier op papier.
Aaron Ooms: “Laat ons een bloem en wat gras dat nog groen is, laat ons een boom en het zicht op de zee, vergeet voor één keer hoeveel geld een miljoen is, de wereld die moet nog een eeuwigheid mee”, zong Louis Neefs in 1970. Zijn oproep is vandaag nog even actueel. Als levensgenieter, kersverse papa, als mens en als politicus is gehoor geven aan zijn oproep geen keuze maar een must. Binnen de wereld moet Europa de voortrekker zijn van een ambitieus en verregaand klimaatplan, binnen Europa moet België die rol opnemen. Want solidariteit gaat over de generaties heen. Ook de kinderen van mijn kinderen moeten kunnen genieten van hun wereld. Net zoals de kinderen van die nobele onbekende in het Westen van Afrika of het oosten van Azië recht hebben op een leefbare en vruchtbare wereld. Als jonge politicus is het dan ook mijn taak om niemand nog zijn kop in het zand te laten steken. Er moet nu een klimaatplan komen dat werkelijk een verschil maakt. En tezelfdertijd moeten we vandaag de gevolgen van de klimaatverandering voorbereiden: solidair met diegenen die het hardst getroffen worden.
Mathijs Goderis: Terwijl wereldleiders in privéjets van de ene mislukte klimaattop naar de andere vliegen, zien we de gevolgen van de klimaatopwarming steeds verder en dramatischer oprukken. Wat van bovenaf niet mogelijk lijkt, is het wel van onderuit: sinds 2008 slaan lokale en regionale overheden in heel Europa en daarbuiten de handen in elkaar om te vechten tegen een verdere aantasting van ons klimaat. Al meer dan 5000 steden, gemeenten en regio’s hebben zich aangesloten bij de Convenant of Mayors. Overheden moeten beter samenwerken om de Europese milieurichtlijnen om te zetten in de praktijk en tot een effectief klimaatbeleid te komen. We willen ook 100% hernieuwbare energie creëren, de kerncentrales sluiten en onze mobiliteit groener maken.
DE BESTEDING VAN 0.7% VAN HET BNI AAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Emilie Peeters (4e opvolger Europa): Ontwikkelingssamenwerking wordt al te vaak voorgesteld als een doekje voor het bloeden. Niets is echter minder waar. Cijfers tonen aan dat een combinatie van juiste interventies, voldoende investeringen en politieke wil ook effectief tot ontwikkeling hebben geleid de laatste decennia. Maar het verhaal is niet af. Wereldwijd leven nog 2,1 miljard mensen in extreme armoede, velen hebben geen toegang tot gezondheidszorg en/of onderwijs. Daarom moeten we de belofte houden om 0.7% van het BNI in te zetten op ontwikkelingssamenwerking, en een duidelijk groeipad uittekenen om dit binnen de volgende legislatuur te realiseren. Ook de efficiëntie van de interventies in het Zuiden kan beter door deze te baseren op de lokale noden eerder dan op onze prioriteiten als donor en door deze continu te evalueren en te heroriënteren. Als donor moeten we de overheden van onze partnerlanden overtuigen om hun sociaal beleid te versterken en ook de allerzwaksten in de samenleving mee op de kar te krijgen. Alleen dan zullen we gelijke kansen creëren en een solidaire samenleving waar iedereen zich kan ontwikkelen.
VOLWAARDIG VOEDSEL VOOR IEDEREEN
Deirdre Gouwy (8e opvolger Kamer – West-Vlaanderen): Honger is waarschijnlijk een van de meest tastbare exponenten van de groeiende ongelijkheid wereldwijd. In het kader van de Millenniumdoelstellingen, ging de internationale gemeenschap dan ook de verbintenis aan om tegen 2015 de extreme armoede en honger in de wereld terug te dringen. De resultaten zijn ontoereikend, onrustwekkend zelfs. Hoewel de armoede wereldwijd is afgenomen, zijn er nu meer mensen die honger lijden. Bijna 1 miljard mensen. En dat terwijl we genoeg voedsel voor 12 miljard mensen produceren! De strijd tegen honger en vóór voedselzekerheid is dus bij uitstek een politiek probleem. Daarom wil ik voedselzekerheid een meer prominente plaats geven in onze ontwikkelingssamenwerking, met speciale aandacht voor duurzame familiale landbouw. Maar ook ons handels- en fiscaal beleid moeten de strijd tegen honger in het vizier houden. Daarbij wil ik focussen op de strijd tegen landroof en voedselspeculatie. Door voorrang te geven aan de belangen van de multinationals en de banken accepteren we al veel te lang dat elke dag duizenden mensen sterven van de honger.
Nora Mouallali: Het is schrijnend als je weet dat wijzelf, supermarkten én producenten voedsel in de vuilbak gooien, en die twee laatsten doen dat vaak omwille van esthetische redenen.
Volwaardig voedsel voor iedereen start uiteraard bij herverdeling én een eerlijke prijs. Voedselspeculanten mogen zwaar beboet worden, als het van mij afhangt.
De productie dichter bij de afzetmarkt laten doorgaan, is een ambitieus plan dat impliceert dat we allemaal meer seizoensgebonden gaan eten.
RESPECT VOOR MENSENRECHTEN IN EIGEN LAND EN ELDERS
Emilie Peeters: Mensenrechten gelden overal ter wereld, voor iedereen. En toch worden er dagelijks mensen hun rechten ontzegd op basis van hun geslacht, leeftijd, inkomen, afkomst, seksuele oriëntatie of andere vormen van discriminatie. Zowel op nationaal als op Europees niveau moet werk gemaakt worden van een ambitieus actieplan rond mensenrechten. Zowel positieve acties, diplomatieke onderhandelingen en doelgerichte sancties tegen de overheden kunnen helpen om dit kracht bij te zetten. En als overheden echt niet meewillen, moeten we bekijken hoe we onze financiële steun via middenveldorganisaties naar de doelgroep kunnen laten gaan. België moet een voortrekkersrol spelen om dit verhaal ook binnen de Raad van Europa en de Verenigde Naties te bepleiten, maar ook als beschermer van het maatschappelijk middenveld. Democratische politieke partijen, vrije vakbonden, burgeractivisten, ngo’s en onafhankelijke media zijn onze bondgenoten in de verdediging en uitbouw van democratische samenlevingen die de mensenrechten naleven. Alleen dan zullen mensenrechten ook effectief universeel zijn.
Deirdre Gouwy: De verontwaardiging die ik voelde toen ik de eerste keer de Palestijnse Westbank bezocht, heeft me ertoe aangezet om internationale politiek te studeren. Hoe kunnen we toelaten dat de Palestijnen hun basisrechten worden ontzegd? Hoe kunnen we toelaten dat een Palestijnse boer de toegang tot zijn grond wordt ontzegd? Of dat een Palestijnse vrouw 50 km moet omrijden om in een ziekenhuis te kunnen bevallen? Het gaat hier bovenal over menselijkheid, over waardigheid en hoop. Daarom zetten we mensenrechten en sociale normen in de kern van ons beleid, zowel binnen als buiten onze grenzen. In het Israëlisch-Palestijns conflict betekent dat dat het internationaal recht de ultieme toetssteen moet zijn voor een meer proactieve Belgische en Europese houding. De EU kan en moet een tegenwicht bieden voor de nederzettingendruk van Israël door haar politiek en economisch gewicht in de schaal te werpen om de tweestatenoplossing levend te houden. Over mensenrechten valt voor mij niet te twisten!