Opinie: Wat met FOS in Peru?

50 jaar ontwikkelingssamenwerking in Peru

tentoonstellingbelgie-peruweb

Zowel Peru als België vierden de voorbije weken in Lima en Brussel de 50e verjaardag van de officiële ontwikkelingssamenwerking tussen beide landen. Tegelijk een afscheidsfeestje, want net dit jaar maakte België bekend dat men er in 2019 een punt achter zet, omdat Peru inmiddels te welvarend zou zijn. Heeft een ngo als FOS dan wel nog een rol te spelen in Peru? Felix De Witte, programmamedewerker in Peru voor FOS, maakt de balans op.

CategorieNieuwsOpinie

Het antwoord op de vraag of FOS nog een rol te spelen heeft, ligt deels vervat in de drastische koerswijziging die de socialistische ngo de jongste 20 jaar nam. Midden de jaren negentig stopte FOS haar steun aan wat bijna alle andere ngo’s steunden, namelijk boerengemeenschappen en kleine zelfstandigen uit de informele sector. Er werd overgeschakeld naar ‘politieke’ boerenorganisaties, die opkomen voor het recht op grond, voedselveiligheid, krediet, technische en andere overheidssteun, enzovoort.

Specialisatie

Vanaf 2000 kwam daar steun aan vakbonden bovenop. Voor diverse federaties, in België centrales genoemd, van de strijdlustige vakbondskoepel CGTP en voor verschillende thema’s zoals vorming, juridische bijstand, cao’s, veiligheid op het werk en vrouwenrechten. Tegen 2008 startte ook de steun aan organisaties die opkomen voor het recht op en toegang tot gezondheid, zowel gezondheidszorg als geneesmiddelen, met aandacht voor hun culturele eigenheid.

Daarmee sluit FOS in Peru niet enkel naadloos aan bij haar achterban in België, maar specialiseerde de ngo zich in thema’s waar geen andere Belgische ngo’s in Peru rond werken. Tenminste niet met de specifieke politieke invalshoek van beleidsvoorstellen en –beïnvloeding. De werking van FOS werd daarom gekaderd binnen het recht op waardig werk en sociale bescherming voor gemarginaliseerde groepen: een universeel, ondeelbaar en solidair recht, dat de overheid moet garanderen en de georganiseerde bevolking moet afdwingen.

Het ogenschijnlijk toeval wil nu dat de Belgische overheid, die zelf wegtrekt uit ‘rijkere’ ontwikkelingslanden,vindt dat de ngo’s in de toekomst een belangrijke rol moeten kunnen spelen om waardig werk en sociale bescherming af te dwingen. De Belgische overheid wil daarvoor zelfs geld opzijzetten. Ngo’s, zoals ook FOS, zullen zich hierbij net richten tot de hoge-middeninkomenslanden. Want dat zijn net de landen waar de forse economische groei niet tot meer sociale gelijkheid en rechtvaardigheid geleid heeft. Integendeel zelfs, het zijn de landen waar de neoliberale regeringen de afgelopen decennia de arbeidswetgeving drastisch flexibiliseerden en de gezondheidszorg commercialiseerden.

Solidariteit centraal

Hiermee treedt FOS trouwens buiten de klassieke visie van ontwikkelingshulp, waarbij het middenveld “de arme Peruaantjes” helpt. Ontwikkelingssamenwerking gaat bij FOS om solidaire banden, op gelijke voet. Bijvoorbeeld tussen vakbonden in België en Peru die allebei opkomen voor arbeidsrechten en zich allebei verzetten tegen de afbraak van de sociale zekerheid. Of bijvoorbeeld tussen mutualiteiten in België en gezondheidsorganisaties in Peru die pleiten voor een sterke door de overheid gereguleerde gezondheidszorg.

Om af te ronden nog een laatste detail: onze minister van ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo hamert in België en in de VN graag op de seksuele rechten, tegen de discriminatie van vrouwen en holebi’s. Ook FOS gelooft dat die zelf moeten beslissen over hun lichaam en niet conservatieve of religieuze strekkingen in hun plaats. Dus steunen we ook deze moeizame strijd in het nog erg traditionele Peru, met groeiend succes en aanhang bij de jongeren.

Kortom, we rekenen ook de komende jaren op de inzet en solidariteit van de Socialistische Beweging in Vlaanderen met hun gelijkgezinde strijdmakkers in Peru!

Felix De Witte – Programmamedewerker FOS in Peru