Wanneer politici het in deze verkiezingstijden hebben over veiligheid, vergeten ze één ding: de onveiligste plek is thuis. Familiaal geweld is wereldwijd een van de voornaamste doodsoorzaken voor personen in de leeftijdscategorie van 15 tot 44 jaar. Mensen lopen in hun gezin de grootste kans om bedreigd, geslagen, geschopt, verkracht, ernstig lichamelijk mishandeld of vermoord te worden.
Cijfers
In België worden per jaar een op zeven vrouwen en een op tien mannen slachtoffer van partnergeweld. Wereldwijd is een op vijf vrouwen en meisjes slachtoffer van fysiek en/of seksueel partnergeweld. 30% van de vrouwen wereldwijd wordt in haar leven slachtoffer van partnergeweld. Over mannen zijn er nog geen internationale cijfers.
Al deze mensen spreken van angst als het belangrijkste gevoel voor, tijdens en na het geweld. Deze herkenbare emotie is een belangrijk alarmsignaal in de strijd tegen partnergeweld, en vormt het uitgangspunt van de nieuwste sensibiliseringscampagne ‘Bang!’ van De Beweging tegen Geweld – vzw Zijn, de progressieve vrouwenbeweging zij-kant en internationale solidariteitsorganisatie FOS.
Bang!
Palingen, haaien in het zwembad, de kelder of openbare wc’s. Als je vraagt aan mensen waarvoor ze bang zijn krijg je de meest originele uitspraken, zo blijkt uit de twee campagnespots. De laatste getuigenis – “Ik ben bang van mijn partner” – komt des te harder aan. De spots kan je hier en hier bekijken.
Op de campagnewebsite www.horenzienenpraten.be vinden bezoekers een angst-toolbox, verstopt achter een enge spin. Door hun weg door het spinnenweb te klikken, krijgen ze informatie over jaloezieproblemen, communicatiemoeilijkheden, bindings- en verlatingsangst, maar ook over fysiek en verbaal partnergeweld. Naast symptomen, handvaten en praktische tips worden ook hulpverleningsadressen meegegeven. Verhalen over partnergeweld tonen de omvang van het probleem aan.
Beleidsaanbevelingen
Naast het brede publiek willen Zijn, zij-kant en FOS ook de beleidsmakers wakker schudden. De hoge prevalentiecijfers rond partnergeweld tonen aan hoe belangrijk het is om reeds op school in te zetten op doorgedreven relationele en seksuele vorming. Daarnaast moeten slachtoffers efficiënter geholpen worden: professionalisering en permanente bemanning van de hulplijn 1712, vorming inzake partnergeweld voor álle eerstelijnshulpverleners en een Family Justice Center (FJC) in elke provincie zijn daarbij noodzakelijke stappen.
Via de Belgische ontwikkelingssamenwerking kan ons land ook internationaal bijdragen aan een betere bescherming van slachtoffers van partnergeweld. Bij bilaterale contacten moet België aandringen op de aanmaak en toepassing van adequate wetgeving. Ook steun aan lokale middenveldorganisaties, die van de strijd tegen partnergeweld een prioriteit maken, is cruciaal.