Het verhaal van Richard
Richard komt als leider van vakbond Sintracol op voor de arbeiders op de grote bananenplantages. Ze komen dagelijks in contact met gevaarlijke pesticiden en het loodzware werk eindigt vaak in breuken en open wonden. En dat voor een onleefbaar loon. Meestal kunnen ze hun medische behandeling niet betalen omdat ze te weinig geld en geen sociale bescherming hebben. Ze krijgen ook geen vervangingsinkomen en moeten noodgedwongen blijven werken: gebroken, ziek, versleten.
Wie opkomt voor arbeidsrechten en zich verenigt zoals Richard, is een doorn in het oog van de economische machthebbers. Mensenrechtenactivisten krijgen te maken met de getrouwen van grote multinationals en grootgrondbezitters op het Colombiaanse platteland. In 2017 zijn er volgens onze bronnen 115 mensenrechtenverdedigers vermoord vanwege hun activisme. In januari van 2018 stond de teller al op 21 doden.
Mensenrechtenverdedigers staan onder druk. Bedreiging, intimidatie, opsluiting en zelfs moordaanslagen zijn voor hen een pijnlijke realiteit. In 2017 zijn er 312 activisten vermoord in 27 landen, waarvan het grootste deel in Latijns-Amerika. Het Internationaal Vakverbond, de grootste vereniging van vakbonden ter wereld, zegt dat het levensgevaarlijk is om op te komen voor arbeidsrechten.
Ook wie niet in de moordstatistieken eindigt staat onder druk. Opkomen voor je rechten kan overal ter wereld leiden tot bedreigingen, marginalisering en het verlies van je job.
Richard is sinds 2013 ontelbare keren bedreigd met telefoontjes, via brieven of sms’en en zelfs met wapens. Op 18 oktober 2017 kon de politie een moordaanslag op hem verijdelen. Sindsdien staat hij onder bescherming van de Colombiaanse staat. Bodyguards volgen hem op de voet, maar desondanks was hij in maart nogmaals slachtoffer van een moordaanslag. Telkens lekt uit waar hij naartoe gaat, ondanks dat maar een handvol mensen zijn dagplanning kunnen weten.
We konden Richard een dag volgen in zijn thuisgemeente Apartadó. Klik hieronder en bekijk de fotoreportage.
Richard biedt weerwerk
Richard biedt niet alleen weerwerk tegen mensenrechtenschendingen op de bananenplantages. Hij biedt ook weerwerk tegen de continue persoonlijke bedreigingen.
Na de eerste aanslag deed hij beroep op onze internationale solidariteit. Samen met Belgische organisaties vroegen we aan de Colombiaanse staat om de verantwoordelijkheid op te nemen en zijn veiligheid te garanderen. Daardoor staat hij nu onder extra toezicht.
Zijn vakbond Sintracol is daarnaast lid van de Colombiaanse vakbondskoepel Fensuagro. Ze eisen dat de Colombiaanse staat alle vakbondsleiders voldoende beschermt, zodat in elk bedrijf arbeidsrechten en vakbondsvrijheid gerespecteerd kunnen worden. De koepel klaagt de problemen aan bij de Internationale Arbeidsorganisatie en de inter-Amerikaanse rechtbank voor mensenrechten. Ook via het vrijhandelsakkoord met de Europese Unie willen ze ruchtbaarheid geven aan de bedreigingen en vervolgingen door de bananenbedrijven.
Via de vakbondskoepel kan Richard technieken leren om veilig zijn werk als mensenrechtenactivist te doen. Fensuagro brengt namelijk Colombiaanse vakbondsactivisten samen om uit te wisselen en van elkaar bij te leren. Niet alleen over mensenrechtenschendingen, maar ook over hoe je kan met de dagelijkse druk op je engagement.
Richards weerwerk valt moeilijk los te koppelen van het land en sector waarin hij actief is.
Achter het verhaal van Richard: 50 jaar conflict in Colombia
Colombia kent een lange geschiedenis van geweld. Sinds 1964 woedt er een burgeroorlog tussen het leger, paramilitairen en gewapende rebellengroepen.
Het is een complex verhaal, maar een enorme sociale en economische ongelijkheid ligt aan de basis. De ongelijke toegang tot land is de kern van het conflict. Macht in handen van een kleine elite die hun positie koste wat het kost beschermt, terwijl de overgrote meerderheid arm is en niets heeft. Geen land, geen werk, geen inkomsten, geen toekomst.
Verzetsbewegingen kwamen op voor de rechten van kleine boeren, die met de goedkeuring van de overheid, hun land verloren aan grote multinationals of grootgrondbezitters. Bedrijven maken daarbij gebruik van private veiligheidstroepen (‘paramilitaire groeperingen’) om mensen van hun land te verdrijven, om kritische stemmen te smoren en om vakbondswerk onmogelijk te maken. Daarnaast zijn er de belangen van grote drugskartels die zowel bij de regering als bij de verzetsgroepen steun kunnen krijgen.
Het conflict sleept al 50 jaar aan. Daarbij zijn 220 000 mensen om het leven gekomen. Hoeveel mensen zijn moeten vluchten of verhuizen vanwege het geweld verschilt van bron tot bron. De overheid spreekt over 3,2 miljoen mensen van de 48 miljoen inwoners, andere bronnen spreken van 7 tot 9 miljoen. Colombia is het land met de grootste intern ontheemde bevolking wereldwijd. Een deel van deze gedwongen migranten kwam daardoor in armoede terecht, zonder toegang tot goede gezondheidszorg of een waardige job. Anderen zijn intussen vermoord. De meeste slachtoffers van het conflict waren gewone burgers en de vele activisten (MR-bewegingen, vakbonden..) die opkwamen voor de belangen van de gewone mens.
In 2016 is er een vredesakkoord gesloten tussen de regering en de belangrijkste rebellengroep de FARC. De hoop voor vrede leeft bij alle Colombianen. Jammer genoeg zien we dat op het Colombiaanse platteland de strijd hardnekkig verder woedt. Paramilitaire groeperingen viseren activisten en economische machthebbers blijven azen op grond van gewone boeren om te kunnen exploiteren. Er is dus nog werk aan de winkel om echt van vrede te kunnen spreken.
Samen met FOS vragen we de Colombiaanse staat om mensenrechtenverdedigers te beschermen. Zo kunnen we weerwerk blijven bieden.