SDG’s: gemeenschappelijk kompas naar 2030

De Sustainable Development Goals of Duurzame Ontwikkelingsdoelen vieren deze maand hun eerste verjaardag. Wat zijn die doelen nu eigenlijk en is er reden tot vieren?

CategorieNieuws

De Sustainable Development Goals (SDG’s) zijn de opvolgers van de Milleniumdoelstellingen die 15 jaar lang, van 2000-2015, een gezamenlijke ontwikkelingsagenda vormden. Het waren duidelijke afgebakende doelstellingen waartoe de landen van de Verenigde Naties (VN) zich engageerden en betekenden een vooruitgang voor kinderen en families over de hele wereld. Toch slaagde men er niet in om alle vooropgestelde doelen te behalen en de armoede en ongelijkheid voldoende te doen afnemen. Opvolging was dus noodzakelijk. Na inspraak van overheden, het middenveld, internationale organisaties en bedrijven, werd de nieuwe universele agenda voor duurzame ontwikkeling in september 2015 goedgekeurd. De staats- en regeringsleiders van de 193 VN-lidstaten engageren zich zo om 17 SDG’s en hun 169 subdoelen tegen 2030 te realiseren.

De lat ligt hoger

Voor de duurzame ontwikkelingsdoelen is de lat een stuk hoger gelegd dan voor de Milleniumdoelstellingen. Naast armoedebestrijding, staan ook duurzame consumptie en productie, klimaatverandering, ongelijkheid, en vrede op de agenda. Met de SDG’s wil men ervoor zorgen dat niemand zal achterblijven, ook niet de meest kwetsbare en achtergestelde groepen

De SDG’s leggen bovendien de link tussen de economische, sociale en ecologische uitdagingen waar de wereld vandaag voor staat. Er moet met alle drie de dimensies rekening worden gehouden om van duurzame ontwikkeling te kunnen spreken. Nog nieuw is het universele karakter. Er worden inspanningen verwacht van alle landen, niet enkelvan ontwikkelingslanden. Ook België en Europa zullen hun beleid moeten aanpassen om de doelen tegen 2030 te behalen. 35 ngo’s, waaronder FOS, schreven een nota gericht aan onze ministers met aanbevelingen over hoe de SDG’s in de praktijk te brengen in het Belgische buitenlands en binnenlands beleid. Want ook in ons land zijn er heel wat uitdagingen op het vlak van armoedebestrijding, natuurlijke rijkdommen en duurzame economische groei. Vandaag, een jaar later, legden de Belgische overheden nog geen concrete plannen voor de uitvoering van de SDG’s op tafel.

Kritische noot

Ondanks het ambitieuze en universele karakter van de SDG’s zijn er ook een aantal kanttekeningen. Ten eerste zal de realisatie van de agenda veel geld kosten, dat staat vast. Maar waar dat vandaan zal komen is nog niet duidelijk. Betere belastinginning in ontwikkelingslanden, inperking van belastingvrijstellingen voor multinationals en een grondige aanpak van belastingparadijzen zijn enkele van de noodzakelijke ingrepen om de agenda te kunnen financieren. Een tweede belangrijke kritiek is dat de SDG’s nog steeds vertrekken vanuit het klassieke geloof dat economische groei de hele bevolking automatisch ten goede komt. Dat terwijl ongelijkheid binnen landen erg problematisch is. De SDG’s bevestigen dus de ongezonde fixatie op groei.

De tegenstellingen tussen bepaalde SDG’s getuigen van een gebrek aan een systeemanalyse. Zo wordt gepleit voor duurzame productie en consumptie, maar wordt tegelijkertijd economische groei aangemoedigd. De SDG’s formuleren dat economische groei inclusief moet zijn, volledige tewerkstelling en waardig werk moet promoten en moet streven naar een ontkoppeling van groei en de aantasting van milieu. Maar kan dit wel? Is dit realistisch? “We mogen niet naïef zijn over de zware tegenkrachten die aanwezig zijn”, zegt Dries Lesage, docent Internationale politiek UGent, tijdens het 11.11.11-debat over SDG’s. “De SDG over energie pleit bijvoorbeeld voor toegankelijke energie voor iedereen, voor hernieuwbare energie en energie-efficiëntie, maar het tackelt op geen enkele manier rechtstreeks de sector van de fossiele brandstoffen.” Die sector is immers ook een machtsgroep op onze planeet, maar een met tegengestelde doelstellingen dan die van de SDG’s.

De SDG’s zijn dus een ambitieuze intentieverklaring en een stap in de goede richting. Maar om tegen 2030 te komen tot een duurzame wereld, zullen we het bredere systeem in vraag moeten blijven stellen en beleidsmakers wijzen op incoherenties in hun beleid. Je kan niet beweren achter de SDG’s te staan en intussen maatregelen treffen waarbij de belangen van bedrijven primeren op die van mensen en het milieu. Enkel door samen te werken, zullen we de evolueren richting echte duurzame ontwikkeling.

FOS werkt mee aan de realisatie van de SDG’s!

FOS en haar partners strijden al jaren voor waardig werk, sociale bescherming en gezondheidszorg voor iedereen. Met de SDG’s hebben we een extra wapen in handen om sociale vooruitgang te eisen en overheden aan hun beloftes te houden:

• De agenda erkent dat sociale bescherming essentieel is om de armoede uit te bannen (SDG1), de ongelijkheid te verminderen (SDG 10) en gendergelijkheid te bevorderen (SDG 5)

• SDG 8 gaat over inclusieve en duurzame economische groei, met waardig werk voor allen. Bescherming en promotie van arbeidsrechten, waardige en veilige werkomstandigheden en gelijk loon voor gelijk werk zijn enkele van de targets

• In SDG 3 over gezondheid en welzijn, legt men de nadruk op universele dekking van de gezondheidszorg. Iedereen moet financieel beschermd zijn tegen gezondheidskosten, toegang hebben tot kwalitatieve gezondheidsdiensten en tot veilige, kwalitatieve en betaalbare medicijnen en vaccins

• In SDG 3 over gezondheid en SDG 5 over gendergelijkheid wordt aandacht besteed aan seksuele en reproductieve rechten zoals de preventie van hiv, de gezondheid van moeders en gezinsplanning en relationele en seksuele vorming komen aan bod