Dreigende sociale tijdbom
Sociale zekerheid is in Nicaragua, evenals in de rest van de regio, slechts voor weinigen weggelegd. In 2011 was niet meer dan 20% van de bevolking ingeschreven bij het formele stelsel. De overgrote meerderheid, werkzaam binnen de informele economie, is buitengesloten en is overgeleverd aan haar lot.
Het bestaande wankele pensioenstelsel dreigt falliet te gaan de komende jaren en dus dringt zich de prangende vraag op, hoe het systeem van haar ondergang te redden. De druk op de Sandinistische regering om snel met oplossingen te komen is nog verhoogd door het IMF, dat vorig jaar maatregelen eiste als voorwaarde voor nieuwe kredietverstrekking. De recepten vanuit het IMF zijn echter voorspelbaar en gaan in de richting van een sterke verhoging van de pensioenleeftijd (van 60 naar 65) en een verdubbeling van het aantal benodigde pensioenjaren. Dit zou rampzalige sociale gevolgen hebben. De arbeidsmarkt in Nicaragua biedt buiten de publieke sector immers nauwelijks stabiele formele arbeidsplaatsen en dus zal een fatsoenlijk pensioen voor nog minder mensen bereikbaar worden.
De tot op heden bekende voorstellen van de regering zijn echter nog niet veel creatiever en lijken ook uit te monden in een snelle chirurgische ingreep ten koste van de arbeid(st)ers. Het is dus van het grootste belang voor de vakbeweging om nu tot gezamenlijke actie te komen.
Intersyndicale beleidsbeïnvloeding
fos ondersteunt in de regio de ontwikkeling van intersyndicaal overleg. Hiermee willen we vakbonden uit verschillende productiesectoren en vakcentrales helpen hun kennis rond strategische kernthema’s te vergroten, en beleidsvoorstellen en collectieve acties uit te werken. De afgelopen jaren is in Honduras, El Salvador en Nicaragua vooral gewerkt rond wetsvoorstellen ter regulering van onderaaneming. Op dit moment staat de problematiek rond de hervorming van het systeem van sociale zekerheid in alle landen centraal.
Marcial Cabrera, algemeen secretaris van de voedingsvakbond FUTATSCON, aangesloten bij FNT, geeft uitleg over het proces in een interview met fos:
“Het overleg over sociale zekerheid is voor ons van het grootste belang. Als de hervormingsvoorstellen vanuit het IMF doorgaan, dan is een pensioen straks voor bijna niemand meer een reëel vooruitzicht. Binnen het intersyndicaal overleg zijn we het er over eens dat de crisis niet mag leiden tot pleisters plakken ten koste van de arbeid(st)ers.
Met behulp van een externe expert zijn we daarom bezig met een wetsvoorstel , om te komen tot een algemene hervorming. Dit voorstel gaat in op allerlei structurele oorzaken van de crisis, die jarenlang niet aangepakt zijn. Het is voor ons bijvoorbeeld ondenkbaar om als arbeidersbeweging toegevingen te doen, zonder dat er iets gedaan wordt aan de torenhoge opgebouwde staatsschuld binnen het stelsel, die nooit is afbetaald. Ook zijn de administratieve kosten veel te hoog, doordat er om politieke redenen veel overbodig personeel wordt aangetrokken. De fondsen van het systeem van sociale zekerheid zijn onder verschillende regeringen als speelbal gebruikt, door er allerlei ad hoc betalingen en verkiezingscampagnes mee te financieren.
Daarnaast dragen veel werkgevers niet de nodige bedragen af en is hier veel te weinig controle op. Ook vinden we dat een hervorming juist moet worden aangegrepen, voor een uitbreiding van sociale zekerheid naar grote groepen arbeid(st)ers binnen de informele economie. Er moet meer solidariteit binnen het systeem komen, zodat de afdracht ook betaalbaar wordt voor bijvoorbeeld straatventers.”
Zware onderhandelingen wachten
Het debat rond het thema is voor de deelnemende vakbonden zeer leerzaam en met behulp van de ingeschakelde externe expertise, lijkt er een hoogwaardig kwalitatief wetsvoorstel aan te komen. Dit is een belangrijke stap, maar nog zeker geen garantie voor goedkeuring van het voorstel in het parlement. Marcial Cabrera:
“We hopen het voorstel eind 2012 klaar te hebben en in te dienen bij het congres. Het is echter onduidelijk of er bij de meerderheid van de Sandinistische fractie (FSLN) voldoende bereidheid aanwezig is om in te zetten op een algemene hervorming van het systeem. Veel van onze voorstellen raken namelijk de belangen van functionarissen binnen overheidsinstanties en het bestuursorgaan van sociale zekerheid. Naast het wetsvoorstel bereiden we ons daarom voor op verschillende onderhandelingsscenario’s, die uitgaan van een meer of minder verregaande hervormingsbereidheid binnen de regering en het parlement.
Ook zullen we als vakbondsorganisaties toegevingen moeten doen. Daarbij speelt de vraag wie die dan zou moeten doen. Het is bijvoorbeeld niet hetzelfde voor leraren en medici met een stabiele baan in de publieke sector om hun pensioenleeftijd op te trekken, als voor arbeid(st)ers in de agrarische of de bouwsector, die bijna altijd met zwaar fysiek werk en tijdelijke arbeidscontracten te maken hebben. Binnen het intersyndicaal overleg proberen we ons op deze onvermijdelijke discussie voor te bereiden en tot consensus te komen.”