Vakbondsleidster getuigt over repressie

Interview met Vimbai Zinyama (ZCTU-Zimbabwe)

Pesterijen, problemen met de autoriteiten, misbruik, gevangenisstraf… Het nieuws dat we krijgen van de Zimbabwaanse vakbondsbeweging toont een buitengewoon harde en verontrustende realiteit. Vorige maand nog werd o.a. de voorzitter van de Zimbabwaanse vakbondskoepel ZCTU, partner van fos, samen met andere vakbondsleiders gearresteerd. Vimbai Zinyama, vice-voorzitter van de ZCTU, vertelt ons over de bedreigingen en de onmenselijke behandeling waar ze elke dag mee worden geconfronteerd.

CategorieGenderNieuws

Wat zijn de dagelijkse uitdagingen voor de vakbondsleiders in Zimbabwe?
We moeten strijden tegen de algemene ontkenning van de rechten van de arbeiders. Dag na dag werken we in een klimaat van onzekerheid, waarin het onmogelijk is om te overleven, om toegang te hebben tot gezondheidszorg en onderwijs voor onze kinderen.

Kun je hierover zelf een getuigenis afleggen?
Zoals alle andere vakbondsleiders, leef ik samen met misbruik en intimidatie. Soms is het echt mensonterend; we voelen dat we ons niet langer kunnen uitdrukken, ons zelfvertrouwen en ons vermogen om dingen aan te klagen worden met de grond gelijk gemaakt. De methodes en de taal die tegen ons worden gebruikt, beroven ons van onze menselijkheid. Als de politie naar je huis komt en je in het bijzin van de kinderen bedreigt, slaat en je als een dief en als een misdadiger behandelt, dan voelen de getuigen van deze wandaden zich machteloos.
Toen een lerares aan mijn 8-jarige zoon vroeg wat de rol van een politieman is, antwoordde hij “mama slaan” en hij zei tegen alle kinderen in de klas dat hij dat met zijn eigen ogen had gezien. De lerares nam contact met me op en ze vroeg me om aan mijn zoon uit te leggen dat de politiemannen feitelijk een andere rol moeten vervullen. Ik heb ook een dochtertje van 1,5 jaar oud; het is een heel moeilijke situatie om je kinderen in groot te brengen.

Hoe raakte je betrokken bij de vakbondsbeweging?
Ik begon voor een bank te werken in 1990, toen ik bijna klaar was met mijn studies in bankwezen en financiën. In de eerste week bezocht iemand van de bankvakbond me en die overtuigde me van de noodzaak om me bij de vakbond aan te sluiten om onze rechten te verdedigen en om vertegenwoordigd te worden. Al vlug raakte ik meer betrokken bij de vrouwenaangelegenheden en werd ik het hoofd van het onderhandelingsteam. In 1993 werd ik lid van de nationale uitvoerende raad van de ZCTU.

Aan het begin van mijn vakbondscarrière was onze prioriteit de strijd tegen het gebrek aan waardig werk als gevolg van de liberalisering die de overheid samen met de Werelbank invoerde. De prijzen van de belangrijkste voedingsmiddelen stegen enorm. Omdat er minder bankdeposito’s waren, werd een deel van het bankpersoneel ontslagen en werden de werkomstandigheden steeds moeilijker. Ondanks de lage lonen, kregen de bankbedienden ook niet langer de sociale voordelen die ze in het verleden hadden. We konden niet langer een lening krijgen van de bank en we konden niet langer onderwijs voor onze kinderen betalen. Toen ik nog bij de bankvakbond was aangesloten, organiseerden we vijf stakingen. De dreiging van ontslag hing altijd als een zware last boven de onderhandelaars.

Welke concrete activiteiten voer je uit in het kader van je job bij de ZCTU; heb je banden met het parlement?
In de laatste drie weken hebben we parlementsleden geïnformeerd over het misbruik en de intimidatie waar de vakbondsleiders dag na dag onder te lijden hebben. Ook zijn we aan het lobbyen voor de ratificering door Zimbabwe van de IAO-Overeenkomsten die de rechten van de migranten beschermen. Dat is een gevoelig thema omdat vele Zimbabwanen om te overleven naar andere landen trekken, vooral Zuid-Afrika, waar ze in ellendige omstandigheden leven. We dringen aan op de nood aan respect voor de rechten van alle werkers in Zimbabwe, omdat we dan ook meer geloofwaardigheid genieten als we respect eisen voor de rechten van de Zimbabwanen die naar het buitenland zijn geëmigreerd.

Als 38-jarige vrouw, wat is jouw mening over de man-vrouwverhouding?
Net zoals alle andere vrouwen vind ik het moeilijk om mijn gezin en mijn werk evenwichtig te combineren, vooral in deze bedreigende omgeving. De maatschappij verwacht niet dat een vrouw wordt gearresteerd, geslagen, vernederd en gevangengezet… Het is moeilijk.
In de private sector waarin ik in het verleden werkte, was er een harde strijd voor macht en betere jobs, maar in de ZCTU is de situatie heel anders. Vanaf het moment dat ik hier werk, wilde ik de vrouwen helpen om verantwoordelijkheid op te nemen. Veel van wat ik heb gedaan en van wat ik heb bereikt, heb ik te danken aan dit beleid rond gendergelijkheid. Ook de mannen hebben zich zonder twijfel gerealiseerd dat je de vrouwen nodig hebt om voortgang te boeken in de strijd voor rechten.

Welke boodschap wil je graag delen met vakbondsleiders en mensenrechtenactivisten in de rest van de wereld?
In Zimbabwe vechten we om vrijheid, zonder intimidatie, met respect voor economische en sociale rechten. We nodigen onze internationale partners uit om onze strijd te steunen. De doelstellingen die we nastreven worden gedeeld door velen in Zimbabwe, ook al is niet altijd iedereen er even nauw bij betrokken.
We willen een gewoon leven, zonder die constante strijd om rond te komen. Als we deze strijd niet voortzetten, dan zullen onze kinderen later ook geen gewoon leven kunnen hebben.

Share
|